zondag 26 november 2017

Brief van Mgr Hoogmartens over de werelddag van de armen; 19 november 2017



Broeders en Zusters,
Goede vrienden,

Bij de sluiting van het Jubeljaar van de Barmhartigheid in Rome, nu een jaar geleden, schreef paus Franciscus de herderlijke brief Misericordia et misera. Daarin kijkt hij ook vooruit in de hoop dat wij als christenen de ervaring van de goddelijke barmhartigheid met vreugde, trouw, en enthousiasme kunnen voortzetten in wat hij noemt een 'cultuur van de barmhartigheid'. Die cultuur krijgt vorm - zo schrijft onze paus - vanuit een volhardend gebed, vanuit een openheid voor de Heilige Geest en voor het leven van de heiligen, en - zo besluit hij - dichtbij de armen. In dezelfde brief riep paus Franciscus ook de 33ste zondag door het jaar, dit weekend dus, uit tot Werelddag van de armen. Graag geef ik u daarbij als uw bisschop enkele overwegingen mee.

1. De aandacht voor mensen in armoede is een rode draad door de Schrift. Bij Jezus stond ze centraal. Ook de lezingen van zondag maken er melding van. Zo wordt de sterke vrouw uit Spreuken geprezen omdat zij haar hand opent voor de behoeftige en de armen uitstrekt naar de misdeelde. Het evangelie van zondag vraagt ons bovendien onze talenten niet voor onszelf te gebruiken, maar te doen renderen voor het Rijk Gods. De Heer zal er ons rekenschap voor vragen.

2. De aandacht voor de armen is echter ook de vrucht van een leven vanuit Gods barmhartigheid, zo zegt paus Franciscus in zijn herderlijke brief. De schamele mens (misera) ervaart Gods barmhartigheid (misericordia) zoals de overspelige vrouw Jezus ervaart met Hem alleen achtergebleven. Vanuit de ervaring van Gods liefde zal die mens ook mededogen en ontferming tonen tegenover een andere mens in armoede. Dat is althans zijn roeping. Het volstaat niet te theoretiseren over barmhartigheid, zo schrift paus Franciscus. Ik zou datzelfde kunnen zeggen van uit de dynamiek van ons eigen jaarthema van dit jaar. Wie zich door God bemind weet, is ook geroepen mensen in armoede nabij te zijn.

3. Hoe kunnen wij al iets waarmaken van wat onze paus bedoelt met de Werelddag van de armen? Hoe kunnen wij mensen in armoede nabij zijn, wel wetende dat we zelf soms ook onze eigen armoede beleven?
a) Dat kan vooreerst door ons te bekeren in het perspectief van het Rijks Gods, door zelf te trachten vriend te worden van een mens in armoede. Mgr Paul Schruers zie het zo vaak: 'Een christen moet tenminste één arme als vriend hebben.'
b) Binnenkort begint ook de advent. De advent is als periode van verwachting bij uitstek zinvol om mensen in armoede te ontmoeten. Werd Jezus zelf niet geboren in een stal. En riep Hij ons niet op arm van geest te worden? De advent is sinds lang ook de tijd van Welzijnszorg, dat ons helpt ook structureel te strijden tegen armoede. Samen tegen armoede is de slogan van Welzijnszorg voor de komende jaren. Daarnaast zijn er in de loop van het jaar ook andere initiatieven en acties voor mensen in armoede en slachtoffers van onderdrukking. We denken aan dan aan de St-Vincentiuswerking bij ons en aan Caritas en Broederlijk Delen wereldwijd.
c) Het voornaamste is echter toch dat we zelf het hart hebben van een arme, die zich altijd door God bemind en door God geroepen weet. Dan kunnen we, zoals het evangelie van zondag ons vraagt, onze talenten helemaal inzetten voor broederschap, voor een betere wereld en uiteindelijk voor het Rijk Gods dat komen zal. Schuilt daarin trouwens niet het geheim van een zinvol en vreugdevol leven?
d) Ten slotte leeft de hoop dat een Werelddag van de armen op termijn uitgroeit tot een gelegenheid om velen die een hart hebben voor mensen in armoede op één of andere wijze samen te brengen voor liturgie en ontmoeting in alle eenvoud.

Laten we echter nu al de kansen tot ontmoeting in onze families, in onze straat of parochie gebruiken. Laten we steeds meer in staat van ontmoeting zijn met mensen in armoede in onze omgeving. De Heer die ons Gods barmhartigheid betoonde, roept er ons toe op. Een werelddag, zeker die van de armen, begint in de kleine wereld van ieder van ons.

Mgr Patrick Hoogmartens
Bisschop van Hasselt


-----
Lezingen:
Spreuken 31, 10-13.19-20.30-31
Eerste brief aan de Tessalonicenzen 5, 1-6
Evangelie Matthëus 25, 14-30

Misericordia et misera : Brief bij de sluiting van het Jaar van de Barmhartigheid, van 20 november 2016, Feest van Christus Koning. De brief gaat voor het grootste gedeelte over de biecht.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten