vrijdag 30 december 2016

H. Missen voor het feest van Maria de Moeder Gods - 1 januari

Op het octaaf van Kerstmis viert de Kerk het feest van Maria de Moeder Gods

Zaterdag 31 december

17 uur    St Quintinuskathedraal
18.30 u   St Rochus - paterskerk


Zondag 1 januari

8 uur      St Rochus - paterskerk
9 uur      St Rochus - paterskerk
de 10 uur mis van de Virga Jesse Basiliek valt weg, op dit feest van de Moeder Gods.
10.30 u   St Catharina
11 uur     St Quintinuskathedraal
11 uur     St Rochus - paterskerk
de 18 uur mis van de Basiliek valt ook weg
18.30 u   St Rochus - paterskerk


Ook in het H Hart en St Martinus is er op de eerste zondag van het jaar geen Eucharistieviering.

Een gelukkig en gezegend 2017!

dinsdag 27 december 2016

St Stefanus: Ook vandaag nog.

Doorheen de eeuwen is de Katholiek Kerk steeds nuchter geweest. Zo vieren we na dé gebeurtenis van de geschiedenis - dat God mens werd, en alles veranderde - meteen de eerste martelaar voor het geloof, St Stefanus.

Helaas verandert de geschiedenis niet: In Zwitserland, bij Longeborgne, viel een moslim christenen aan die naar de Kerstdag-Mis gingen. Een van de gewonden zou ondertussen overleden zijn.
We kunnen hen tellen bij de christenen die vielen onder de aanslag in Berlijn, en de aanslag in Egypte op de kathedraal van Kaïro, en, en ...

Gelukkig weet onze kardinaal de Kesel te vertellen dat het gaat om kansarme moslimjongeren die uit verveling christenen vermoorden, en dat het niets met de Islam zelf te maken heeft. Hij gaat de islam eens aan de Europese Cultuur helpen aanpassen ...
Wel, als hij daarin met dezelfde roze bril kijkt als waarmee hij zegt dat de Kerk in Vlaanderen niet op instorten staat, dat kunnen we maar beter beginnen te bidden.


Laat ons bidden voor al de Christenen die vermoord worden.
En helpen kan onder andere via:

Kerk in Nood

Pro Terra Sancta

Orde van Malta



vrijdag 23 december 2016

Kerstbrief 2016 van Mgr Hoogmartens




Goede vrienden,

Met Kerstmis vieren wij de geboorte van de Heer, door wie de geschiedenis eens en voorgoed een andere wending kreeg. Onze God is geen verre God. Hij kwam ons naderbij doorheen de wondere geschiedenis van Israël. Hij toonde zich helemaal in Jezus, God-met-Ons, Immanuël. Het is vanuit Hem dat wij in het jubileumjaar van 50 jaar bisdom Hasselt kunnen zeggen: "Wij zijn geen dolers, maar pelgrims, Gods volk onderweg."

Als wij Kerstmis zullen vieren met onze parochie en met onze familie lijken mij twee dingen zeer belangrijk:

1 - Als christenen mogen wij niet helemaal opgaan in de commerciële sfeer die rond Kerstmis wordt geschapen. Dan verwordt Kerstmis immers tot een romantisch samenzijn zonder veel inhoud en diepgang. De liturgie brengt ons met Kerstmis tot het geheim van Gods nabijheid. Laten wij daarom met onze familie en met onze christelijke gemeenschap, volgens de mogelijkheden die wij hebben, Kerstmis waardig vieren, met de liturgie die erbij hoort. Mooie liturgie brengt altijd vrede in ons hart. Het is de vrede die van God komt ...

2 - Op een christelijke wijze Kerstmis vieren heeft echter nog een andere belangrijke dimensie. Het mysterie van Gods nabijheid is onlosmakelijk verbonden met Zijn liefde en met de oproep van Jezus om de ander lief te hebben als onszelf. Het is goed om met Kerstmis de arme, de eenzame en de gebroken mens voor ogen te hebben. Wij, die zelf soms arm zijn, eenzaam of gebroken, hebben immers het vermogen om anderen lief te hebben als onszelf. Het mysterie van Kerstmis wordt pas ten volle beleefd door wie rond Kerstmis ook concrete stappen zet om een mens die op een of andere wijze arm is, ook echt nabij te komen.

Ons Kerstmis-vieren zal altijd ook heel gewoon zijn. Wij zullen het beleven zoals altijd, met mensen die we goed kennen of ook soms alleen. Ik wens u van harte iets van de vrede toe die Jezus heeft gebracht. De herders van toen hebben de engel herkend. Word ook jij vanuit Kerstmis wat herder voor anderen!

Zalig Kerstmis!

+ Mgr Patrick Hoogmartens

woensdag 21 december 2016

Uren van de H. Missen Kerstmis 2016 in Hasselt

Biechtgelegenheid: 24 december 14-17 uur in de Kathedraal


Nachtmis 24 december 2016:

18.30 u   St Rochus, minderbroeders
20 u        St Catharina
21 u        St Christoffel
22 u        St Quintinuskathedraal
24 u        St Quintinuskathedraal (De bisschop viert Kerstmis in Tongeren)


Kerstdag 25 december 2016:

8 u          St Rochus, minderbroeders
9 u          St Rochus, minderbroeders
9.30 u     St Martinus
9.30 u     St Hubertus
10 u        St Quintinuskathedraal
10.30 u   St Catharina
11 u        H Hart
11 u        St Rochus, minderbroeders
18 u        St Quintinuskathedraal
18.30 u   St Rochus, minderbroeders


2de Kerstdag St Stefanus

7.30 u     St Rochus, minderbroeders
8.30 u     St Rochus, minderbroeders
9.30 u     St Hubertus
10.30 u   St Catharina
11 u        St Quintinuskathedraal
18.30 u        St Rochus, minderbroeders


Ook namens de Sacramentsbroederschap: een Zalig Kerstmis!

dinsdag 20 december 2016

De Kerk moet zich niet aan de wereld aanpassen ...

... ze moet trouw zijn aan het Evangelie.                                             Mgr Oster, Passau


De bisschop van het bisdom Passau, Stefan Oster, heeft zich tegen een verwatering van de Bijbel en een aanpassing van de Kerk aan de samenleving uitgesproken. De Kerk moet trouw zijn aan het Evangelie, dat zei de bisschop in een ZDF-uitzending van 17 december op de zender Phoenix. Letterlijk zei Oster: 'Wij hebben steeds de neiging daarnaar - in negatieve zin - om ons aan de wereld te willen aanpassen.' Hij verwees ook naar de kruisiging van Jezus: 'Waarom heeft men hem dan eigenlijk omgebracht? Als het allemaal correct was geweest en alleen maar de mensen naar de mond had gepraat, dan hadden ze Hem niet omgebracht. Dan hadden ze zich erin verheugd dat Hij zo correct was. Maar Jezus is met een schandelijke boodschap naar buiten getreden.'

De Kerk moet zeker de actuele cultuur verstaan, maar ze mag nooit haar geloofsinhoud prijsgeven, ook niet als dat mogelijkerwijze op dit moment erg moeilijk te verkopen is. Dat is een vaststelling: 'Wij zijn daar niet steeds goed in, om dat te doen.'

Alleen het christelijke Geloof maakt werkelijk gelukkig.
Voor Mgr Oster is het christelijke Geloof het enige wat de mens echt gelukkig maakt. Volgens hem heeft de Kerk vooral 'authentieke verkondigers nodig'. Omdat ze alleen zo mensen kan aantrekken.



zondag 18 december 2016

Katholiek van het Jaar: Mgr Philip Egan.

Op 23 juli 2017 komt Mgr Philip Egan, bisschop van Portsmouth spreken in Hasselt naar aanleiding van de viering van 700 jaar Sacrament van Mirakel.
In afwachting daarvan heeft de Catholic Herald, Mgr Egan alvast uitgeroepen tot Catholic of the Year.




zie CatholicHerald.co.uk :


Katholiek van het Jaar: De vrolijke Herder.

Bisschop Philip Egan is op een dringende missie om zijn bisdom om te vormen tot een uitvalsbasis voor de Evangelisatie.

Op de website van het bisdom Portsmouth is er de video van Mgr Philip Egan die zijn pastorale brief van oktober 2016 over de toekomst van de katholieke scholen onder zijn hoede houdt. [vertaling]

De toevallige bezoeker van de site mag vergeven worden dat hij niet denkt aan de typische bisschop van Engeland of Wales gecast is. De 61 jarige Egan is niet meteen de flamboyantste in voorkomen of manieren: hij heeft wit haar, een wat ruw gezicht, zachte noordelijke klinkers en een Ierse achternaam die zovele aangename-maar-ineffectieve Britse Katholieke prelaten hebben sinds mensenheugenis.

Maar binnen enkele minuten is het duidelijk dat er iets volstrekt anders aan de hand is. De toon verandert van hartelijk naar positief vreugdevol als hij de revolutie van het Katholiek onderwijs in Portsmouth aankondigt - een van onze grootste en uitgestrekte bisdommen, van de Channel Islands tot Oxford.


In essentie gaat het onderwijs in het bisdom heel wat Katholieker worden. "Onze scholen zijn fantastisch!" daarmee begint de bisschop - vooraleer duidelijk te maken dat, na ze alle 73 bezocht te hebben, zowel de private als staats-gesubsidieerde, hij van plan is om ze nog heel wat fantastischer te maken in de nabije toekomst.

De visie op het Katholiek onderwijs van Mgr Egan is er een waarin alle onderwijs 'vooral dat van de wetenschappen en menswetenschappen', rond Christus is opgebouwd. 'Ik zou willen dat alle kinderen, vanaf Year 5 en hoger, regelmatige tijden van Eucharistische Aanbidding hebben, contemplatief gebed en lectio divina'.

Wanneer de vrolijke herder van Portsmouth zegt 'ik zou willen' dan bedoelt hij 'ik verwacht'. Hij is niet een van die bisschoppen die, na benoemd te worden door de Heilige Vader, zegt dat zijn prioriteit is om te 'luisteren' naar zijn volk - en dan de rest van zijn tijd doorbrengt om de slogans van diocesane activisten mee te echoën.

Sinds zijn installatie in september 2012 heeft Philip Egan gewerkt om Portsmouth om te vormen tot een uitvalsbasis voor de nieuwe evangelisatie zoals gevraagd door St Johannes Paulus II. Zijn plan om het Katholiek onderwijs om te vormen is een verrassend bewijs van deze bisschop zijn bedoeling om zijn spiritueel manifest uit te voeren.

Dat is de reden waarom de editoriale staf van de Catholic Herald deze bisschop hebben uitgeroepen tot Catholic of the Year.

Onze keuze zal misschien enkele wenkbrauwen doen fronsen. De bisschop van Portsmouth doet enkele mensen zich ongemakkelijk voelen. In sommige gevallen zijn hun gevoelens begrijpelijk: de bisschop heeft de status quo in zijn bisdom in vraag gesteld en doet dus katholieken die de dingen willen laten zoals onder zijn voorganger - de begaafde maar vooral easy-going liberale bisschop Crispian Hollis - zich ongemakkelijk voelen. 

Andere critici van bisschop Egan begrijpen hem gewoon niet. Ze denken dat hij er een is die blijft hangen in de traditionalistische liturgie en behoort tot de conservatieve fractie van de Kerk. Die veronderstellingen zijn verkeerd en het is tijd om dat recht te zetten. Op sommige vlakken doet Mgr Egan de bezorgdheden van Benedictus XVI weerklinken; op andere die van paus Franciscus. Maar er is geen enkel vlak waarop hij afwijkt van de leer van het Magisterium.

Allicht is dat ook zo voor zijn broeders bisschoppen in Engeland en Wales. Wat is er dan zo speciaal aan de achtste bisschop van Portsmouth?

Zijn pastorale zorg voor priesters is een goed startpunt. Hij zendt elk van hen een kaart op de verjaardag van hun wijding; Hij zal regelmatig zijn agenda leegmaken en onmiddellijk naar een ziekenhuis trekken om zieke priester te bezoeken. Hij vindt het leuk om met priesters en seminaristen naar de film  te gaan.

De leken Katholieken van Portsmouth krijgen ondertussen nieuwe en voldoeningbrengende opdrachten. Onder bisschop Egan verschuiven taken van de bisschoppelijke bezoldigde 'professionals' in de diocesane curia naar parochievrijwilligers.

Gelovigen worden aangemoedigd om hun eigen gebieden van expertise op te bouwen - zoals huwelijksconsulenten en 'ministers of the poor' bijvoorbeeld; De bisschop gelooft erg in de kracht van het bemiddelende gebed: je kan een vraag voor zulke gebeden indienen op de diocesane website - een typische Egan-vernieuwing.

Hij was de eerste Engelse Katholieke bisschop om op Twitter bezig te zijn. De dagelijkse tweets van @BishopEgan barsten van vreugde en enthousiasme voor zijn geloof, zijn vrienden en zijn bisdom.

Ze worden rijkelijk bedeeld met uitroepingstekens: 'Ik hoop dat jullie me met me mee zullen zijn in Abingdom voor de eing van het Heilig jaar. Ik ga het bisdom opnieuw toewijden aan St Edmund. Oremus!' '@radioimmaculata werd vandaag geboren in Gosport. Bidt met mij voor dit belangrijke nieuwe initiatief. Ave Maria!'

En dan was er de perfect beoordeelde reactie op het meest verrassende nieuws van het jaar: 'Wat een buitengewoon resultaat in de verkiezing van de VS. Laat ons de Heilige Geest vragen om de president-elect Trump bij te staan in de volgende maanden.'

Zoals de Amerikaanse Katholieken maar al te goed weten zijn de orthodoxe bisschoppen vaak de meest innovatieve: denk maar aan bisschop Robert Barron van Los Angeles, die met zijn Word on Fire nieuwe wegen heeft gevonden om de heilige traditie te introduceren bij een massapubliek.

Bisschop Egan is wat minder high-profile dan bisschop Barron - maar net als hem begrijpt hij het evangelische potentieel van de digitale technologie. Ook zijn beide bisschoppen echte theologen, iets dat wat minder gewoon is voor Britse bisschoppen dan voor Amerikaanse. Bisschop Egan heeft een PhD in theologie van de Universiteit van Birmingham en was een postdoctorale fellow aan het Boston College in Massachusetts vooraleer vicaris-generaal te worden van het bisdom Shrewsbury.

De theologische expertise van de bisschop doet het vertrouwen begrijpen van zijn uitspraken. In het midden van zijn pastorale brief over het onderwijs zegt hij, bijvoorbeeld: 'Ik wil nu wat autoritatieve vorming geven over het Katholieke onderwijs en hoe we het zouden moeten verstaan.'

Dat is niet zoals de meeste bisschoppen van Engeland of Wales zich uitdrukken: zij willen debateren en dingen suggereren. Bisschop Egan gebruikt het woord 'aanbieden', maar denkt niet dat gelovige Katholieken de leer mogen verwerpen die haar autoriteit krijgt vanuit Jezus Christus.

Dat maakte hij zeer duidelijk in 2014 toen hij zei dat Katholieken die stemmen voor same-sex 'huwelijk' niet ter communie mogen gaan. Conor Burns, een Katholieke homosexuele Tory MP die onverwacht voor de wetgeving stemde, beschreef het commentaar van bisschop Egan als een 'tragedie' en zei dat hij voelde dat hij niet langer de communie kon ontvangen in zijn thuis-bisdom Portsmouth. Mr Burns zei daarentegen dat hij zich richtte op de leiding van Paus Franciscus - allicht zonder te weten dat de Heilige Vader zich nog veel heftiger tegen het homo-'huwelijk' had uitgesproken dan de bisschop.

De waarheid is dat de lijnen van verdeeldheid in de Kerk vaak moeilijk te localiseren zijn, en dat bisschop Egan zich niet in een hoekje laat drukken. Hij is de kampioen van de encycliek van Paus Franciscus 'Laudate Si' en bracht zijn bisdom tot een 'environmental alert' om de Katholieken te overtuigen van de waarschuwingen van de Paus. Dat is niet echt de reactie van een reactionair - maar het is typisch voor de aandrang waarmee deze bisschop zijn missie aanvangt.

Portsmouth is een fast-moving bisdom geworden, voorgegaan door een man die zijn volle autoriteit durft te gebruiken om de neergang van zijn bisdom op lange termijn om te buigen. Hij heeft de Oratorianen gevraagd om een parochie in Bournemouth over te nemen - niet omdat hij zo speciaal aan hun type van charisma is gehecht (helemaal niet) maar omdat hun orthodox evangelisme vruchten voortbrengt; De boodschap van Philip Egan, heel toepasselijk voor een havenstad als Portsmouth is 'All hands on deck'. Kortom, we hebben meer bisschoppen van zijn soort nodig!



 
 
 
 
U kan deze vrolijke maar effectief-evangeliserende bisschop ontmoeten op het symposium Sacra700 op 23 juli 2017 vanaf 14,30 uur in de Universiteit Hasselt - campus Oude Gevangenis op de martelarenlaan in Hasselt. Iedereen is welkom. Vertaling naar het Nederlands is voorzien.





zondag 11 december 2016

Gaudete: Met grote vreugde kondigen we u aan ...

Allicht passend om op deze Gaudete zondag, u met grote vreugde ons programma aan te kondigen voor de viering van 700 jaar Sacrament van Mirakel in 2017:




 
 
 
Iedereen is natuurlijk van harte welkom, en hopelijk brengt u nog iemand mee.
Voor meer informatie: heiligsacrament@hotmail.be
 
Alle activiteiten zijn uiteraard vrij toegankelijk. Het zou fijn zijn dat mensen die mee willen bidden bij de 40 uurs aanbidding van 23 tot 25 juli zich aanmelden, dan kunnen we een overzicht krijgen dat er steeds iemand aanwezig is.
 


zaterdag 10 december 2016

Mgr Oster van Passau: De Eucharistie: een geschenk

Uit: Gott Ohne Volk; Die Kirche und die Krise des Glaubens.
Gesprek van Mgr Stefan Oster met Peter Seewald.


De Katholieke Kerk wil ons doen geloven dat de Hostie en de Wijn door de transsubstantiatie, dus door de handeling van de Eucharistie, tot Lichaam en Bloed van Christus worden. Maar ieder kan toch zien dat de Hostie Hostie en de Wijn Wijn blijft?

Het voorbeeld dat deze geheimnis misschien nog het best kan verklaren, is het thema van het geschenk. Wat is een geschenk? Met een geschenk willen we iemand bedanken - en op geheimnisvolle manier willen we onszelf in het geschenk meeschenken. Degene die echt liefheeft, wil in een geschenk zichzelf schenken, maar hij kan enkel een roos, een ring, een brief geven. Die geschenken drukken daarmee voor hen uit: Ik hoor bij u, ik schenk u mijzelf. Bij ons mensen is de mogelijkheid om ons te geven begrensd en gebroken. Wij schenken iets - en wij zijn toch niet helemaal tegenwoordig in het geschenk. Maar wanneer God schenkt, dan kan hij helemaal in zijn geschenk aanwezig zijn. God schenkt, en schenkt zich helemaal. In de gedaante van Brood komt helemaal tot uitdrukking: hier is God helemaal tegenwoordig.

woensdag 7 december 2016

tekst Lezing Mgr Jousten over de Werkelijke Aanwezigheid van Christus in de Eucharistie



Op 9 november 2016 sprak Mgr Aloys Jousten, ere-bisschop van Luik, op uitnodiging van de Sacramentsbroederschap in de Kathedraal over de aanwezigheid van Christus in de Eucharistie. Hij gaf de toestemming om zijn tekst weer te geven. 

Mgr Jousten spreekt op 10 mei 2017 opnieuw in onze parochie over de Hoop, in het kader van de Virga Jesse Feesten.

De Aanwezigheid van Christus in de viering van de Eucharistie

Op een keer is het me opgevallen dat ik, als celebrant die de Eucharistie opdraagt, de gemeenschap op verschillende momenten groet met een wens waarmee ik op enkele verschillende manieren wijs op de aanwezigheid van de Heer: 
(1) Bij het begin 
(2) Voor het Evangelie
(3) Bij het begin van het Eucharistisch gebed
(4) Voor de vredeswens
(5) Voor de zending

Ik vroeg me af of het dan gaat over verschillende vormen van aanwezigheid van Christus of over een simpele herhaling of bevestiging. En is de reële tegenwoordigheid van Christus in het brood en de wijn van een andere orde dan de andere ‘tegenwoordigheden’?
Ik wil u enkele reflecties voorstellen over de aanwezigheid van Christus, in 7 punten: 
(1) De aanwezigheid van de Verrezene in de wereld, in ons leven, in de Kerk, in de sacramenten
(2) De aanwezigheid in de gemeenschap en in degene die de eredienst opdraagt
(3) De aanwezigheid in het Woord, namelijk in het Evangelie
(4) De aanwezigheid in de gedachtenis van de ‘dood en de verrijzenis van de Heer’
(5) De aanwezigheid in het brood en in de wijn
(6) De aanwezigheid in de leden van de gemeenschap om de communie te creëren tussen hen en Christus
(7) De aanwezigheid in de zending en in het leven na de Eucharistie.

1. Aanwezigheid van de Verrezene in het algemeen.

Paus Franciscus spreekt er in ‘De vreugde van het Evangelie’ over met een grote overtuiging: Evangelii Gaudium 275, 276, 278. De Eucharistie wordt gevierd in de context van dit geloof in de Verrijzenis van Jezus. ‘Verkondigen wij het mysterie van ons geloof’. Dat mysterie van het geloof, dat is het paasmysterie van de dood en de verrijzenis van Christus die wij verkondigen en vieren tot aan zijn komst in heerlijkheid.
Christus is met ons, met de Kerk, iedere dag, tot op het einde der tijden (Mt 28, 18 + 20). Maar zijn aanwezigheid is niet meer een fysieke aanwezigheid zoals het was vanaf zijn geboorte tot aan zijn dood op het kruis. In die periode, heeft de realiteit van het heil van God zich op een lichamelijke, fysieke wijze gemanifesteerd. 
Na zijn verrijzenis is zijn aanwezigheid onder ons in de geschiedenis van een heel andere orde. Hij handelt en is aanwezig doorheen zijn Geest. Zijn aanwezigheid neemt een bijzondere vorm aan in de sacramenten waar ze zich realiseert in tekens en concrete symbolen. 
In de sacramenten is de Drievuldigheid aan het werk: Ze zijn allen een gift van de Vader, doorheen Christus, in de Heilige Geest. In die brede zin, is de kerk ook sacrament van de aanwezigheid en van het handelen van God. Ik wil goed de band benadrukken en vasthouden die er bestaat tussen het historische lichaam van Christus, zijn verrezen lichaam en zijn kerkelijk lichaam. 


 2. De aanwezigheid van Christus in de Eucharistische gemeenschap en in de celebrant. 

 Alleen de aanwezigheid en de macht van de Verrezene kan de viering van de Eucharistie rechtvaardigen. De woorden van Jezus ‘Doe dit tot mijn gedachtenis’ zijn nu geladen met de kracht van de Verrezen Christus. Doorheen de Geest is hij aanwezig en actief in de Eucharistie. Zoals op het laatste avondmaal, nodigt hij ons uit aan tafel, wij zijn zijn gasten. De gestorven en verrezen Christus brengt ons samen. Het is op zijn initiatief. Van sinds het begin van het christendom zijn christenen locaal samengekomen om hun geloof in de overwinning van Christus op de dood te verkondigen en te vieren. In hun
midden is de Geest van Jezus aan het werk (Hand 2-4). In het begin zei men: Ik ga naar de samenkomst; het is pas later dat de samenkomst “de Mis” geworden is … Dit laat ons toe om beter te begrijpen dat de eerste taak van de Kerk is om de dood van de Heer te verkondigen, de verrijzenis te vieren en zijn wederkomst in glorie af te wachten (cfr Acclamatie!)
> Vier tekens tonen op een sterke manier de aanwezigheid van Christus in de samenkomst rond het altaar aan:
* De begroeting  (door de celebrant)
* Het teken van het kruis
* Het zich keren tot Christus (Kyrie)
* Het bidden tot de Vader

> De aanwezigheid van Christus in hem die voorgaat (celebrant)
De priester is gewijd en gezonden door de bisschop. Zo wordt de band tussen de eucharistische gemeenschap en de Kerk van Christus uitgedrukt en gewaarborgd. Tegelijkertijd handelt de priester in de naam van Christus, het hoofd van de Kerk. Hij realiseert een nieuwe manier van aanwezigheid van Christus tijdens heel de Mis. Christus brengt ons bij elkaar en de priester is daar het duidelijke teken van, zou men kunnen zeggen. In hem, is het Christus die spreekt en handelt. De celebrant (of de voorganger) stelt de herder Christus voor op een sacramentele manier, hij maakt Hem zichtbaar (‘darstellen’). Zo zegt het een tekst over de Kerk, die de bisschoppen van Frankrijk hebben geschreven in 1973: ‘Het is de specifieke rol van degene die Christus, de goede herder, vertegenwoordigt (“re-présente”) tussen zijn broeders,  het Evangelie te verkondigen en de Heilige Geest af te roepen over heel de gemeenschap en over de gaven tijdens het Eucharistisch gebed zodat Christus aanwezig zou komen en we zouden delen in zijn lichaam en in zijn bloed.’ (Nous responsables dans l’Eglise, p 49). Maar het is Christus die handelt doorheen de celebrant. Tegelijkertijd handelt de celebrant ook in naam van de gemeenschap wanneer hij bidt tot de Vader en het offer opdraagt. 
Die sacramentele dimensie van het voorgaan is ‘hoorbaar’ en dus uitgedrukt doorheen de vier begroetingen die ik al naar voor bracht. Het is iets totaal anders dan “een goedendag”,  laat staan een vraag of interpellatie.
 Laat ons even stilstaan bij het antwoord van het volk: ‘en met uw geest’. Dat wat eigenaardige antwoord is rijk aan spirituele betekenis: het volk wenst boven alles dat de Verrezene de celebrant begeestert of vervult in de meest spirituele dimensie van zijn wezen, opdat de liturgische actie vruchtbaar zou
zijn. In de Oosterse Kerk, onderlijnt men met nadruk dat en hoopt dat de Geest die gekregen werd bij de wijding in de persoon aanwezig zou zijn. 

3. De Aanwezigheid van Christus in het Woord van God

 Het tweede Vaticaanse Concilie wilde het Woord van God laten ontdekken als onmisbaar voedsel voor het Christelijk leven. We spreken van de tafel van het Woord en van de liturgie van het Woord (Woorddienst). Het Woord wordt verkondigd, het wordt niet simpelweg voorgelezen. Sommigen spreken zelf van een tafel waarop ons het Woord en het Brood worden aangereikt. Het is ook zo dat de liturgie van het Woord en de Eucharistische liturgie een éne eredienst vormen. Het Woord is brood des levens net als het Eucharistische brood. Het verhaal van de leerlingen van Emmaüs doet ons goed het belang van het Woord en van het breken van het brood begrijpen. In het Woord is Christus werkelijk tegenwoordig. De verkondiging van het Evangelie wordt omringd door het zingen van het Alleluia en bij plechtige missen van wierook. Het Woord zal ook worden gesproken op het moment van de instellingswoorden. Het is de werkelijke aanwezigheid van Christus in het Woord die alle zin geeft aan de werkelijke aanwezigheid in het brood en in de beker. En de communie van het brood en aan de beker is als de voltooiing van de communie van het Woord van Christus. Net zoals de leerlingen van Emmaüs herkennen we de levende Heer aanwezig in het brood (en de wijn) omdat hij ons de Schriften opent. In de Mis is het Evangelie onmisbaar. De lezing van het Evangelie is een apostolische getuigenis, op een vertellende toon, van de actieve aanwezigheid, van de beslissende handeling van God in Jezus Christus. 
Het Evangelie is de basis van het getuigenis, van de belijdenis van het apostolische geloof. Trouwens wat de geschreven apostolische getuigenis kenmerkt, is haar verhalende karakter. Wat er gebeurd is in het leven, de dood en de verrijzenis van Jezus wordt verteld. De verkondiging van het Evangelie zoekt de gelovige toehoorders om hen in de geschiedenis onder te dompelen, in het evenement Jezus. Dat laat zich in het bijzonder zien tijdens het Eucharistische gebed dat een echte belijdenis van het geloof is. De liturgie van het Woord wordt zo een echte gebeurtenis. Het is heel wat meer dan een simpele voorlezing. Ze laat een echte ‘mise en scène’ (o.a. processie van het Evangelie) toe. Het Evangelie is een actuele ontmoeting met de Verrezen Heer, zijn aanwezigheid wordt herkend door de acclamatie. 

4. Herdenking  van de dood en de verrijzenis van Christus

“Indachtig zijn dood en opstanding dragen wij U op …/ Daarom gedenken wij …/ Zijn dood en verrijzenis indachtig …” (E. G. II)
Wij dragen dank op voor de grote daden van God in zijn Zoon, zoals wordt gezegd in de prefatie, en die haar hoogtepunt bereikt in de handelingen van Jezus die op de vooravond van zijn lijden, zijn leven zal opdragen uit liefde voor zijn vrienden. Jezus zegt ons: “Doet dit tot mijn gedachtenis”. Wij zeggen de Vader dank, in het spoor van Jezus, en door de handelingen van Jezus te herhalen. ‘Gedachtenis’ beperkt zich niet tot een herinnering, alsof het gaat om zich het verleden te herinneren (het laatste avondmaal). De term ‘Memorie’ of gedachtenis (mémoire) wil zeggen dat de Eucharistie de werkelijke handeling van de Verrezene is: Hij neemt ons mee doorheen de gebaren van het Laatste Avondmaal, waarvan de gebaren van Christus geactualiseerd zijn voor de wereld van vandaag. (N.B. Brood dat in de mis zelf wordt geconsacreerd, niet bewaard …). Christus nodigt ons zo uit om ons achter hem te zetten en hem te volgen op zijn weg, want de Eucharistie brengt ons heel het leven van Jezus in herinnering tot aan zijn dood. In de woorden van het Laatste Avondmaal, legt Jezus heel zijn leven uit (cfr Mc 10, 45). Hij wil ons dus doen deelnemen aan zijn leven van dienstbaarheid tot aan de dood, aan zijn dood en aan zijn verrijzenis. Doorheen zijn leven, heeft hij zich gegeven, geofferd aan de Vader: “Ik kom om Uw wil te doen”. Hij maakt zijn offer, zijn offergave tegenwoordig als hij ons uitnodigt aan zijn tafel. Eraan deelnemen, zich aan tafel zetten wil zeggen dat men geïntegreerd wordt, dat men binnentreedt in zijn offer. Zo nodigt de Mis ons uit tot een leven in navolging van Jezus en tegelijkertijd doet de Eucharistie ons delen in zijn Verrijzenis: ‘Wie van dit brood eet, zal niet meer sterven, hij zal voor eeuwig leven’ (Joh 6,51). Zo vieren we dan in de Eucharistie het verleden, het heden en de toekomst. Of nog, de Eucharistie is de belijdenis van ons geloof, onze liefde en onze hoop. 
De Eucharistie is dus een actie: die van Jezus, van de apostelen, en van ons. Ze is ‘een actie, een passage (“doorheen gaan”), een moeilijk zichzelf verloochenen in de navolging van de Heer Jezus, een deelname aan zijn paasmysterie, en dat alles in de dankzegging en de lofzang van God, Hij die zijn Zoon heeft opgewekt en ons heeft gegeven als eerstgeborene van heel de schepping.    

5. De aanwezigheid van Christus in het brood en de wijn

Misschien bent u verbaasd dat ik pas in het vijfde punt de aanwezigheid naar voor breng, die we vaak de werkelijke (‘reële’) aanwezigheid of de
Eucharistische aanwezigheid noemen. Ik hoop dat u begrijpt waarom. De broederschap van het Heilig Sacrament wijdt zich aan de Eucharistie en neemt initiatieven om het geloof in de Eucharistie te bevorderen. Ik hoop en durf geloven dat alles wat ik tot nu toe verteld heb u mag en zal helpen om uw geloof in de Eucharistie te dynamiseren, als daar nog nood aan is; geloof in de Eucharistie als een handeling en een evenement waardoor de dode en verrezen Heer tussen ons aanwezig is om ons uit te nodigen tot de eredienst aan de Vader en ons wil uitnodigen om steeds meer in zijn navolging te leven. Ja, zijn aanwezigheid is geen statische aanwezigheid, een aanwezigheid die zijn hoogtepunt bereikt zodra de instellingswoorden zijn uitgesproken. De aanwezigheid van Christus is een actieve en dynamische aanwezigheid, die ons de Eucharistie doet vieren met een actieve deelname. Dat wil zeggen: De Heer wil ons bewegen, ons raken met Zijn Woord en wil ons Ja doen zeggen aan zijn leven, zijn dood en zijn verrijzenis door het Eucharistische brood te nemen en eten (en de beker te nemen en te drinken). Kortom, Hij wil ons geloof voeden, onze hoop en vooral onze liefde. Het lichaam en het bloed van Christus zijn daar om gegeten te worden. Als men niet te communie gaat, dan mist men iets essentieel van de Eucharistie, van de Mis. Van daaruit komt voort dat de Eucharistie het Allerheiligste Sacrament van het Altaar is, het Sanctissimum Sacramentum: Het is wel degelijk de dode en verrezen Christus, die zich heeft overgeleverd ter wille van ons die daar aanwezig is in het brood en de wijn. Christus geeft zich aan ons zoals hij zich 2000 jaar geleden heeft overgeleverd. Het is in die heel concrete vorm dat de gave van Jezus ons bereikt. Wat een mysterie!
De aanbidding van het Heilig Sacrament doet ons in het brood aanbidden wie zich voor ons heeft gegeven en die zich ook vandaag nog geeft om zijn en ons leven te voeden. Dezelfde overwegingen kan men ontwikkelen rond de communie die naar de zieken wordt gebracht. 
We begrijpen steeds beter dat de aanwezigheid van Christus in de Eucharistie niet ‘iets fysiek is maar de aanwezigheid van iemand die ons wil ontmoeten, iedereen die rond zijn tafel samenkomt, en die zijn uitnodiging aanvaarden. 

6. Een dynamische aanwezigheid om een gemeenschap te creëren onder hen die delen aan Zijn Lichaam en Zijn Bloed.

Onze gebruikelijke communieritus doet me soms denken aan een ‘elk voor zich en God voor ons allen’. We ontvangen de communie, we ontvangen het Lichaam van Christus, om gemeenschap te worden, om het Lichaam van
Christus te worden. ‘Gedenk wat u ontvangt en wordt wat u ontvangt: het Lichaam van Christus’ (Sint Augustinus).
Ik ben mijn lezing begonnen met spreken over de aanwezigheid van de Verrezene in de Eucharistische gemeenschap. Jezus heeft de mensen willen verzamelen om er een nieuw volk van God van te maken. En volgens Sint Jan, heeft hij aan zijn leerlingen gezegd tijdens de voetwassing: ‘Het is aan de liefde die je voor elkaar hebt de een voor de andere, dat de wereld zal herkennen dat je mijn leerlingen zijt’. In de Eucharistie bevestigt en verdiept Jezus zijn vriendschap met ons, die begonnen is in ons doopsel, zijn vriendschap met elkeen en met ons allen. Onze broederschap en onze gemeenschap onder elkaar wordt zo bekrachtigd. Samen zijn we gezonden om te getuigen van het Evangelie, van de liefde van God en van het heil voor alle mensen. Paulus spreekt er dikwijls over, onder andere in zijn eerste brief aan de Korintiërs. De Eucharistie vieren engageert elkeen en heel de gemeenschap: het is een samenkomen en missie of zending!

7. De aanwezigheid van Christus in de wereld doorheen de Kerk

Paus Franciscus houdt niet op ons te herinneren dat de diaconie, de dienst aan de armen en de zwakken de test is voor de geloofwaardigheid van de Kerk. In de Eucharistie, herdenken we de diaconie van Christus, zijn barmhartigheid, zijn meeleven voor de armen en de zwakken in der rand. Zij die eten van het Lichaam van Christus worden op hun beurt sacrament, effectief teken van de aanwezigheid van de verrezen Christus in de wereld. We worden gezonden om een zichtbaar, tastbaar en geloofwaardig teken zijn van de nieuwe wereld van God die Jezus op onze weg heeft gebracht en die aan het komen is tot op de dag dat de Heer komt in al zijn Glorie. 
Maranatha!  Kom, Heer Jezus, kom!

“Zegene u, de almachtige God, Vader, Zoon en heilige Geest… Gaat nu allen heen in vrede.”
Ga de vrede van Christus uitdragen in de wereld!
Bewaar de vrede van Christus onder u!
Wees werktuigen van zijn vrede! 





Nogmaals, Heeel hartelijk dank aan Mgr Jousten voor deze wonderlijke avond.

zondag 4 december 2016

De H. Eucharistie, Teken van hoop: Programma voor de viering van 700 jaar Sacrament van Mirakel in Hasselt.

De hoop gaat niet vanzelf ...

"Het kind antwoordt:

De drie theologale deugden zijn het Geloof, de Hoop en de Liefde.

-Waarom worden het Geloof, de Hoop en de Liefde theologale deugden genoemd?

-Het Geloof, de Hoop en de Liefde worden theologale deugden genoemd omdat ze rechtstreeks betrekking hebben op God.

-Wat is de Hoop?

-De Hoop is een bovennatuurlijke deugd waardoor wij met vertrouwen van God zijn genade in deze wereld verwachten en de eeuwige heerlijkheid in het hiernamaals.

-Bid een oefening van Hoop.

-Oneindig goede God, ik hoop, door de verdiensten van Jezus Christus, van U te verkrijgen de eeuwige zaligheid en alle deugden die ik daarvoor nodig heb. Dat hoop ik met een vast vertrouwen, omdat Gij het hebt beloofd, die almachtig zijt, oneindig goed voor ons en getrouw in uw beloften. Heer, versterk mijn hoop!

We vergeten te vaak, mijn kind, dat de hoop een deugd is, dat ze een theologale deugd is, en dat ze van alle deugden, alsook van de drie theologale deugden, God wellicht het meest aangenaam is.
Dat ze zeker de moeilijkste is, dat ze misschien de enige moeilijke is, en dat ze waarschijnlijk God het meest aangenaam is.

Het geloof spreekt vanzelf. Het geloof gaat vanzelf. Om te geloven hoef je je alleen maar over te geven, hoef je alleen maar te kijken. Om niet te geloven zou je jezelf geweld aan moeten doen, jezelf moeten pijnigen [...]

Om niet te geloven, mijn kind, zou je je ogen en oren stijf dicht moeten houden.
Om niet te zien, om niet te geloven.

De liefde spreekt helaas vanzelf. de liefde gaat vanzelf. Om van je naaste te houden hoef je je alleen maar over te geven, hoef je alleen maar te kijken naar zoveel ellende. Om je naaste niet lief te hebben zou je jezelf geweld moeten aandoen, jezelf moeten pijnigen [...] De liefde is heel natuurlijk, ze welf heel spontaan op, ze is heel eenvoudig, heel voor de hand liggend. Het is de eerste impuls van het hart. De eerste impuls is de goed. Het geloof is een moeder en een zuster.

Om je naaste niet lief te hebben, mijn kind, zou je je ogen en oren stijf dicht moeten houden. Voor zoveel noodkreten.

Maar de hoop spreekt niet vanzelf. De hoop gaat niet vanzelf. Om te hopen, mijn kind, moet je zeer gelukkig zijn, moet je een grote genade hebben verkregen, hebben ontvangen.

[...]

En het is gemakkelijk, een gevaarlijke neiging, om te wanhopen en dat is de grote bekoring.

De kleine hoop gaat voort tussen haar twee grote zussen en er is niet eens iemand die op haar let.
Ze gaat voort.
De kleine hoop op de weg van het heil, op de aardse weg, op de hobbelige weg van het heil, op de eindeloze weg, op de weg tussen haar twee zussen. 

[...]

De liefde bemint wat er is.
In de Tijd en in de Eeuwigheid.
God en de naaste.
Zoals het Geloof ziet.
God en de schepping.
Maar de Hoop bemint wat er zal zijn.
In de tijd en voor eeuwig."

Uit: Het Portaal van het Mysterie van de Tweede Deugd. door Charles Péguy, verkrijgbaar bij Besaida, de uitgeverij van het seminarie van Den Bosch.


Deze prachtige tekst als inleiding op het thema van de Virga Jesse Feesten 2017:

VIRGA JESSE. TWIJG VAN JESSE. BRON VAN HOOP

Waarmee dus bedoeld wordt dat de menswording van God, de Geboorte van Jezus Christus, bron van eeuwige en enige hoop is voor de mensheid.

In het licht van dit thema zal Mgr Jousten, erebisschop van Luik, die recent voor onze sacramentsbroederschap kwam spreken over de H. Eucharistie, spreken op 10 mei 2017 om 20 uur.
Gezien de prachtige lezing die hij in vlekkeloos nederlands sprak over het Geloof, is deze lezing over de Hoop zeker aan te raden!


Om ons, in deze advent, nog beter op dit thema van de Katholieke Hoop te bezinnen, kunnen we op uitnodiging van het Virga Jesse Comité, naar een lezing op 19 december:
Filosoof en cultuurwetenschapper Sylvain De Bleeckere (Universiteit Hasselt) belicht de cultuur-historische betekenis van het begrip ‘hoop’.





woensdag 30 november 2016

1 december 2016: Aanbidding

Zoals iedere eerste donderdag van de maand, is er aanbidding van 15 tot 16 uur in de Kathedraal.

zaterdag 26 november 2016

Is de multiculturele samenleving het nieuwe dogma?

De primaat van België roept in het Katholiek Nieuwsblad op om het 'plan [van de seculiere staat] te ondersteunen van een moderne cultuur waarin de diversiteit gegarandeerd is.' Dat is niet de enige manier waarop de katholieken blijkbaar met de staat moeten samenwerken, want 'We moeten werken in de wereld van vandaag zoals het Tweede Vaticaanse concilie ons heeft geleerd en in het bijzonder de apostolische constitutie Gaudium et Spes: we kijken niet meer naar de wereld en naar de Kerk als twee verschillende realiteiten, maar naar de Kerk in de wereld.'

Zij zijn niet van de wereld, zoals Ik niet van de wereld ben. (Joh 17, 16.)

Ik begrijp dat de Katholieken van vandaag moeten realistisch zijn en dus zich in praktisch opzicht wel moeten aanpassen aan hun verminderde maatschappelijke invloed en beperktere financiële middelen. Dat wil echter niet zeggen dat we als Katholieken niet constant op een vreedzame manier werken en streven naar een volledig Katholieke samenleving, doordesemd door Jezus Christus; kortom meewerken aan de 'Stad van God' zoals St Augustinus die voor ogen stond. De wereld is voor de Katholiek wel degelijk een andere realiteit als de Stad van God op aarde.

Een andere, toch wel heel bijzondere kijk op de realiteit is de vaststelling van de primaat dat 'terreurdaden niet hun oorsprong hebben in religie, maar in het gevoel van jongeren dat ze zich uitgesloten voelen'. Allicht is de primaat niet onfeilbaar in zijn politieke en sociologische opvattingen. Maar dat er geen intrinsiek kwaad en geweld ligt in de islam, is een opvatting die eerder als 'politiek-correct' kan omschreven worden, dan gestoeld op de realiteit. De duidelijke vraag die Benedictus XVI stelde aan de islam, of die religie zich wel wilde verspreiden zonder geweld, heeft geen antwoord gekregen (tenzij dan een erg gewelddadig).



Als Katholieken geloven we dat het heil en de verlossing voor iedere mens doorheen de Katholieke Kerk komt, het zich 'accommoderen' aan de heersende multiculturele gedachte, is niet alleen een buiging naar de wereld toe, het is vooral een nalatigheid ten opzichte van onze broeders en zusters die het Evangelie en de heilwerkende boodschap van Jezus Christus nog niet kennen.

Uit dit interview spreekt een goedsprekerij van de problemen die de islam en liberale secularisatie met zich meebrengt, en een onwil tot evangelisatie naar de anderen in onze maatschappij. Of zoals het reeds in Dominus Iesus (de Verklaring door de Congregatie van de Geloofsleer van St Johannes Paulus II in 2000) klinkt: 'De voortdurende missionaire verkondiging van de Kerk wordt tegenwoordig bedreigd door relativistische theorieën, die het religieuze pluralisme niet slechts de facto, maar ook de iure (of in principe) willen rechtvaardigen.'


De Kerk leert iets heel anders dan naar voor komt uit het interview van de primaat. We lezen in Dominus Iesus: "Vooral moet vast geloofd worden, dat de "pelgrimerende Kerk noodzakelijk is ter zaligheid. Christus alleen immers is de Middelaar en de weg naar het heil en in de Kerk, die zijn lichaam is, komt Hij onder ons tegenwoordig. Hijzelf heeft uitdrukkelijk de noodzakelijkheid van het geloof en het doopsel afgekondigd en daardoor de noodzakelijkheid van de Kerk bevestigd, waarin de mensen door de poort van het doopsel binnengaan." Deze leer mag niet tegenover de algemene heilswil van God gezet worden.

In plaats van op te roepen tot relativisme en meewerking met de seculiere staat - verpakt in sociologische theorietjes - zou het wel erg gepast zijn om een evangelisatie aan te kondigen naar de 'mensen die afstand hebben genomen van de Kerk', naar de agnosten en naar de moslims. Kunnen we trouwens de mededeling dat 'een groot deel van de bevolking het geloof heeft behouden', niet gewoon wegzetten als wensdenkerij? Of zou de Kathedraal van Mechelen altijd vol zitten?

Kortom, in een tijd waarin het in de mode is om dubia te formuleren zou ik deze voorstellen voor de primaat: Gelooft u nog in de uniekheid van de Katholieke Kerk? (en de daaruit volgende plicht tot evangelisatie)





------------------------

'Deze geloofswaarheid neemt niets weg van het feit dat de Kerk de godsdiensten van de wereld beziet met oprechte eerbied, maar sluit tegelijkertijd radicaal de mentaliteit van indifferentisme uit, die "doordrongen is van een religieus relativisme, dat leidt tot de mening dat 'de ene religie even veel waard is als de andere'". '                               
 Dominus Iesus; 2000




De Waarheid heeft rechten

Artikel vertaald van The Catholic Herald - vrij beschikbaar op internet:

Katholieken zouden dankbaar moeten zijn voor de vraag van de vier kardinalen.

Het verlaten van een geloof in van absolute morele normen zou een ramp zijn voor de Kerk.

Iedereen spreekt vandaag over de dubia, en dus zal ik dat ook doen, niet dat er zoveel nood toe bestaat, gezien de excellente en autoritatieve commentaar dat al van verschillende bronnen is gekomen, zoals van de monnik Dom Hugh Somerville-Knapman en van de gerespecteerde bisschop Athanasius Schneider, de prelaat die werkt in de periferie van de Kerk in Kazakstan. Meer nog, welke commentaar is nog nodig, als een van de auteurs van de dubia kardinaal Caffara is, waarschijnlijk de grootste theoloog, en een andere kardinaal Burke, de beste canonist?

Een van de dubia luidt zo:
Moeten we - na de publicatie van de post-synodale exhortatie Amoris Laetitia (cfr 304) - de leer van St Johannes Paulus II in Veritatis Splendor 79, gebaseerd op de heilige Schrift en de traditie van de Kerk, nog als geldend houden over het bestaan van absolute morele normen die intrinsieke kwade dingen verbieden en dat zonder uitzonderingen?

Ik heb nog geen diepe studie van Amoirs Laetitia gemaakt, maar ik weet wel wat over de leer van Veritatis Splendor, wat de basis was voor mijn studies in moraaltheologie.

Er zijn, en dat heeft de Kerk altijd geleerd, absolute morele normen die in alle omstandigheden gelden, en er zijn sommige handelingen, die kwaad zijn in zichzelf, en die op geen enkel moment goedgepraat kunnen worden of goed kunnen worden in welke omstandigheid dan ook. Als een voorbeeld, er is nooit een recht om een directe abortus te vragen, ook niet als je denkt dat er ernstige en dringende redenen zijn om dat te doen. Het is nooit gerechtvaardigd om overspel te plegen, zelf als wordt je een overtuigende reden gegeven om dat toch te doen (zoals iemand zijn leven redden).

Als je beslist om he geloof in absolute morele normen te verlaten - en St Johannes Paulus II zag het gevaar komen, vandaar zijn nood voor de encycliek - dan zullen ongetwijfeld verschillende catastrofes volgen.

De eerste is dat je de lat niet meer hoog legt voor de Christelijke ziel om een moreel leven te leiden. Door dat te doen geef je toe dat absolute normen te moeilijk zijn voor de Christelijke ziel om te bereiken; met andere woorden je ontkent de kracht van de genade van God, die Hij voor ons won op het Kruis door de Heer en Redder van de mensheid, die een mens kan omvormen en hem in staat kan stellen om die normen te voldoen. Een van de titels die Johannes Paulus gebruikte in Veritatis Splendor is 'want anders wordt het Kruis van Christus van zijn kracht beroofd'. Want door de  absolute morele normen over boord te gooien, doe je juist dat.

Ten tweede ondermijn je het hele concept van de Wet, en het idee van God als wetgever. Hij is natuurlijk niet alleen een wetgever, maar door de God van de Sinaï te ontkennen als Degene die ons 'de Wet geeft die niet voorbij zal gaan, woorden die blijven van tijd tot tijd (Psalm 148:6), maakt men een grote vergissing in wie God is, en een grote vergissing over de natuur van de mens.
Wij zwakke menselijke wezens hebben absolute normen nodig, en de wet die God ons geeft zijn exact de normen die wij nodig hebben om als mens te bloeien. Als we dit opgeven, dan geven we een coherente visie op God op, een coherente visie op de mensheid.

Ten derde is het verkeerd om de absolute morele normen te ondermijnen, en de relatieve belangrijkheid van omstandigheden en motivaties, door de focus te verschuiven van de handeling-in-zichzelf naar de wazige wereld van de zelf-bedrieger, naar de eigen verlangens; het opent de weg naar een morele chaos en een narcisisme van de eigen persoonlijke keuze als hoogste goed, als enige bron voor moraliteit.

Een keuze is alleen goed als het een keuze is die gemaakt is als een keuze voor wat goed is en juist. Persoonlijke keuzes, zelfs na diepe mediatie en met een keuze voor wat je oprecht juist lijkt, kunnen catastrofaal zijn, zowel voor de persoon die kiest als voor degenen rond hem of haar. Als men de objectiviteit van de absoluten verlaat, dan verlaat men de bron van morele leiding, en reduceert die tot subjectieve voorkeuren en afkeer.

Dat dat al gebeurd is (zoals we gewaarschuwd werden door Alasdair MacIntyre in After Virtue) zou ons hevig moten verontrusten, vooral omdat de resultaten duidelijk zijn voor iedereen. Dat ook de Kerk door dat soort gedachten zou geïnfecteerd geraken, zou ons, als we geen geloof zouden hebben, tot wanhoop moeten leiden.

Ten slotte, als de Kerk haar geloof in absolute morele normen zou verlaten, en haar doctrines over intrinsiek kwaad, dan zou het Magisterium, om het op zijn zachtst uit te drukken, incoherent lijken.
Maar het gaat veel verder dan dat. Een Kerk die haar vroegere leer die gebaseerd is op het Evangelie en de Traditie, nadien ontkent, die kerk kan niet langer de Waarheid hebben, het is een kerk die het zicht verloren is op haar eerste roeping om de Waarheid te verkondigen en er getuigenis van af te leggen in de wereld, ten volle een kerk die gestopt is om Kerk te zijn.

We zijn kardinaal Caffara en zijn drie broeders een diepe dankbaarheid verschuldigd voor hun tijdige interventie, en die ons alle herinnerd aan onze gezamenlijke christelijke roeping voor de Waarheid. Nu is de tijd voor Katholieken om hun dankbaarheid te laten zien.


Geschreven door E.H. Alexander Lucie-Smith, 24-11-2016

vrijdag 18 november 2016

Christus Koning, laatste zondag van het jaar. Enkele overwegingen.

Volgende week begint de advent al weer, en dus vieren we deze zondag Christus Koning van het heelal. Een goed moment om terug te kijken en vooral om vooruit te kijken.

Onze sacramentsbroederschap is weer een jaartje ouder geworden, en gelukkig kon ook dit jaar iedere maand het aanbiddingsuur doorgaan, met dank aan E.H. Jan Philippe. Door de opening van de aanbiddingskapel in de H. Kruis kapel is het nu ook veel gemakkelijker om aan de verplichting tot 1 uurtje aanbidding per maand te voldoen voor onze broederschap, ook wie niet kan op de eerste donderdag.

Daarnaast waren er de lezing van Mgr Mutsaerts van Den Bosch (Geen barmhartigheid zonder rechtvaardigheid) en van Mgr Jousten, erebisschop van Luik, over de werkelijke aanwezigheid van Christus doorheen heel de Eucharistie. Daarbij was er een redelijke opkomst, en het waren 2 heel goede en onderbouwde lezingen.

Ook kwam er dit jaar het goede nieuws dat het boekje 'De Kleine Juliana en het Brood des Levens', met het verhaal van de H Juliana en het ontstaan van Sacramentsdag, uitverkocht is bij de uitgeverij Betsaida. Een terecht succes voor het mooie werk van Jacques Galloy en Anne Junker.

Volgend jaar wordt een heel bijzonder jaar, ook voor onze broederschap. Hasselt viert immers de Virga Jessefeesten, 150 jaar Kroning van het Mariabeeld, maar ook de 700ste verjaardag van het Eucharistisch mirakel van Viversel, dat sinds 1804 in de Kathedraal vereerd wordt.

De broederschap was heel blij om na het eind van de lezing door Mgr Jousten, haar programma te mogen voorstellen voor 23-25 juli 2017, de herdenking van 700 jaar Mirakel van Viversel. Dat moet een onderdeel vormen van een groter geheel onder de noemer 'Mirakel en Monstrans', met deelname van Het Stadsmus, de provinciale bibliotheek, Herkenrode, en natuurlijk Viversel zelf, waar terug een Mirakelspel op poten wordt gezet.

Grootste organisatorische uitdaging voor de broederschap wordt een symposium SACRA 700, over de Eucharistie en aanbidding als bron voor re-evangelisatie. We zijn heel blij dat Mgr Egan van Portsmouth en Mgr Rey van Toulon er zullen getuigen van de vele evangeliserende projecten in hun bisdom, vanuit de Eucharistie. En evangelisatie is meer dan ooit nodig in onze stad, nu we horen dat 5 kerken in centrum-Hasselt zouden sluiten. Al langer was duidelijk dat alleen de St Katharinakerk nog prioriteit is. Maar we kunnen het niet anders beschouwen als een nederlaag. Een nederlaag dat we niet voldoende kunnen getuigen van Christus, een nederlaag dat we er niet in slagen om de Kerk - die de enige weg van verlossing is- op een aantrekkelijke manier naar anderen te brengen, een nederlaag ook ten opzichte van 800 jaar generaties voor ons die Hasselt tot een mooie Katholieke gemeenschap hadden gemaakt.

Helemaal opnieuw beginnen dus. En de bisdommen die zullen spreken op SACRA 700 tonen aan dat men ook ANNO 2017 een dynamische en groeiende Katholieke gemeenschap kan zijn in West-Europa. Maar dan moeten we erg veranderen. U en ik, zoals de -ondertussen Heilige- Moeder Theresa van Calcutta zei. Ik hoop dat de inspanningen van de broederschap voor de viering van 700 jaar Eucharistisch Mirakel van Viversel er toe mogen bijdragen. Want voor God is niets onmogelijk, ook niet een nieuwe lente voor de Katholieke Kerk in onze stad.


Mgr Jousten over 'De werkelijke aanwezigheid van Jezus Christus in de Eucharistie'

Fotokunstenaar Bas Meeuws en Mgr Hoogmartens, bij het fotokunstwerk rond het Sacrament van Mirakel.



Het H Sacrament van Mirakel in de Monstrans van Herkenrode. op de achtergrond een van de biechtstoelen van de Kathedraal.  © Bas Meeuws / Sacramentsbroederschap Hasselt.
Dit fotokunstwerk werd gemaakt naar aanleiding van de 700ste verjaardag van het Sacrament van Mirakel.
Mgr Mutsaerts met de lezing 'Geen barmhartigheid zonder rechtvaardigheid'. Na de lezing werden heel wat exemplaren van 'Gewoon over Geloof', het boek van Mgr Mutsaerts aan de man gebracht.

Bij de lezing van Mgr Mutsaerts, was er ook aandacht voor het 15-jarig priesterschap van E.H. Jan Philippe. Dank u!!!


zaterdag 12 november 2016

Aankondigingen

Dinsdag 15 november

Zondag 13 november

  • Sluiting van het Jaar van de Barmhartigheid en van de Heilige Deur in de St Quintinuskathedraal om 11 uur.


Tot 22 november

  • Festival Venite Adoremus: Aanbiddingsfestival in heel onze kerkprovincie. In ons bisdom doen enkel de zusters Zaden van het Woord mee in Tongeren, nog volgende donderdag en vrijdag > zie agenda op de website.

vrijdag 11 november 2016

Catholic Lite <> The Light of Christ

“The answer to the current crisis will not be found in ‘Catholic Lite.’ It will only be found in a classic Catholicism—a Catholicism with the courage to be countercultural, a Catholicism that has reclaimed the wisdom of the past in order to face the corruption of the present and create a renewed future, a Catholicism that risks the high adventure of fidelity.” - George Weigel

donderdag 10 november 2016

Merci, Dankuwel, Mgr Jousten!

Gisterenavond had de lezing plaats van Mgr Jousten, ere-bisschop van Luik, over de 'reële aanwezigheid van Christus in de Eucharistie'. Ondanks het vreselijke regenweer, waren toch heel wat mensen opgekomen voor een heel mooie, en duidelijke conferentie.
Hoewel een vertaler voorzien was, sprak Mgr Jousten in accentloos nederlands over de aanwezigheid van de Verrezen Heer doorheen al de onderdelen van de H Mis.
Tal van kleine puntjes en woorden in de liturgie werden aangewezen om te wijzen dat de priester in de Eucharistie werkelijk de Verrezen Heer tegenwoordig stelt, vandaar ook het belang van priesters in de Katholieke gemeenschap.

Enkele fragmenten:

"De sacramentele dimensie van het voorgaan in de Eucharistie is 'hoorbaar' en dus uitgedrukt doorheen begroetingen tijdens de H Mis. Het is iets totaal anders dan een goedendag, laat staan een vraag. Laat ons even stilstaan bij het antwoord van het volk: 'en met uw geest' [op de begroeting 'de Heer zij met U']. Dit wat eigenaardige antwoord is rijk aan spirituele betekenis: het volk wenst boven alles dat de Verrezene de celebrant begeestert in de meest spirituele dimensie van zijn wezen, opdat de liturgische handeling vruchtbaar zou zijn. In de Oosterse Kerk onderlijnt men dat met nadruk en hoopt men dat de Geest die gekregen werd bij de wijding in de persoon aanwezig zou zijn."

"In het Woord is Christus werkelijk tegenwoordig. De verkondiging van het Evangelie wordt omringd door het zingen van het Alleluia en bij plechtige missen van wierook. Het Woord zal ook worden gesproken op het moment van de instellingswoorden. Het is de werkelijke aanwezigheid van Christus in het Woord die alle zin geeft aan de werkelijke aanwezigheid in het brood en de beker wijn. En de communie van het brood en de beker is als de voltooiing van de communie van het Woord van Christus. Net zoals de leerlingen van Emmaüs herkennen we de levende Heer als aanwezig in het brood (en de wijn) omdat hij ons de Schriften opent. In de Mis is het Evangelie onmisbaar. De lezing van het Evangelie is een apostolische getuigenis, op een vertellende toon, van de actieve aanwezigheid, van de beslissende handeling van God in Jezus Christus."

"De aanwezigheid van Christus is een actieve en dynamische aanwezigheid, die ons de Eucharistie doet vieren met een actieve deelname. Dat wil zeggen: De Heer wil ons bewegen, ons raken met Zijn Woord en wil ons Ja doen zeggen aan zijn leven, zijn dood en zijn verrijzenis door het Eucharistische brood te nemen en te eten. Kortom, Hij wil ons geloof, onze hoop en vooral onze liefde voeden."

De bisschop eindigde zijn lezing met 'Maranatha! Kom, Heer Jezus, Kom!

Mgr Jousten zal in mei volgend jaar, in het kader van de Virga Jesse Feesten, spreken over de hoop op 10 mei in de Universiteit Hasselt - Oude Gevangenis.

Na de lezing van Mgr Jousten werd kort het programma van de broederschap voor de viering van 700 jaar Sacrament van Mirakel voorgesteld. En daarbij werd ook een kunstwerk van Bas Meeuws onthuld, dat hij maakte op vraag van de Sacramentsbroederschap. De Broederschap wilde hiervoor aansluiten bij de Katholieke en Vlaamse traditie om portretten van Heiligen, Maria, maar ook het Heilig Sacrament figuurlijk 'in de bloemen' te zetten. Een traditie die hoogtij voerde bij Jan Breughel (de fluwelen Breughel).
Met fototechnieken bracht Bas Meeuws op die manier een ode aan het Sacrament van Mirakel. In dit fotokunstwerk worden de Mirakuleuze Hostie en de 'oudste monstrans ter wereld' terug bij elkaar gebracht en door fauna en flora geëerd. De achtergrond is een van de biechtstoelen van de Kathedraal.

Het mooie van dergelijke werken is dat flora uit heel verschillende seizoenen bij elkaar wordt gebracht in een werk, wat in werkelijkheid nooit mogelijk zou zijn. Vaak werd ook dezelfde bloem in verschillende stadia van haar bloei, in eenzelfde werk gebruikt. En natuurlijk waren die schilderijen in de Hollandse gouden eeuw geliefd door de 'vlammende tulpen' erop te zetten.

Alvast heb ik er ook van geleerd dat engelen op biechtstoelen steevast wenen en droevig kijken, wat voor deze feestelijke compositie moest worden 'gefotoshopt' om er 2 lachtende bengels van te maken.

De avond werd geëindigd met het avondgebed en een receptie in de dekenij. Dank aan allen die dit mogelijk maakten. Niet in het minst aan E.H. Jan Philippe voor zijn tussenteksten, en die het PowerPointscherm opstelde, en de vertalingstoestelletjes ging halen, en ook weer moest terugbrengen.


Mgr Jousten

Mgr Hoogmartens en Bas Meeuws bij het nieuwe fotokunstwerk.

Karel Phlips, penningmeester van de broederschap, introduceert Mgr Jousten

E.H. Jan Philippe spreekt over het waarom van de viering van 700 jaar Sacrament van Mirakel








donderdag 3 november 2016

9 november: lezing Mgr Jousten

 
Mgr Jousten komt spreken over wat de broederschap het meest aan het hart ligt: de aanwezigheid van Christus in de Eucharistie. Hij neemt ons mee doorheen de delen van de Eucharistie, en laat zien hoe we Zijn aanwezigheid kunnen ervaren.
Mgr Jousten zal in het frans spreken, met simultaanvertaling in het nederlands.
 
Na de lezing wordt het programma voor de 700ste verjaardag van het Sacrament van Mirakel voorgesteld, van 23-25 juli 2017.
Daarbij komt de fotokunstenaar Bas Meeuws zijn fotowerk rond het Sacrament van Mirakel voorstellen.
 
Afsluiten met het avondgebed, en nadien is er receptie in de dekenij.
 

zondag 30 oktober 2016

Aardbeving in Italie: instorting van de Basiliek van St Benedictus

In Italië, Norcia, is de Basiliek van St Benedictus ingestort. Deze kerk werd gebouwd over de geboorteplaats van de H. Benedictus. Ook de Basiliek van St Paulus buiten de muren, een van de 4 grote basilieken van Rome, zou gesloten zijn omwille van schade.

Instorting van de kerk, toegewijd aan de patroon voor West-Europa; iconisch voor de instorting van het West-Europees Katholicisme?


HH. Missen voor Allerheiligen - Allerzielen; 3 november aanbidding eerste donderdag.

Maandag 31 oktober:

7.30 u St Rochus, paters minderbroeders
8.30 u St Rochus, paters minderbroeders
17.00 u Kathedraal
18.30 u St Rochus, paters minderbroeders


Dinsdag 1 november Allerheiligen

8 uur St Rochus, pater minderbroeders
9 uur St Rochus paters minderbroeders
9.30 u St Martinus
10 uur Kathedraal
10.30 u St Katharina
11 uur Kathedraal, voorgegaan door Mgr Hoogmartens
11 uur St Rochus, paters minderbroeders
11 uur H Hart
18 uur Kathedraal
18.30 u St Rochus, paters minderbroeders


Woensdag 2 november Allerzielen

7.30 u St Rochus, paters minderbroeders
8.30 u St Rochus, paters minderbroeders
18.30 u Kathedraal
18.30 u St Rochus, paters minderbroeders

Donderdag 3 november

Aanbidding van 15 tot 16 uur

Mgr. Hoogmartens geeft de zegen met het H Sacrament in de basiliek van Kortenbos. Op dezelfde dag hield hij een pleidooi voor het Heilig Sacrament in mariaprocessies. Op 6 november wordt er in de basiliek van Kortenbos een kaarsprocessie gehouden.

Het mandement dat de Vlaamse Kerk deed ontploffen.

werkvertaling van een artikel van Ferdinand Boischot, vrij op het internet met als titel: 13 mai 1966: Das Mandement der belgischen Bischöfe sprengt die Kirche in Flandern:

België was sinds haar bekering in de vroege middeleeuwen een oerkatholiek land. In de grote steden Gent, Brugge, Antwerpen, Mechelen, Brussel, Ieper bloeiden grote en geleerde abdijen en kloosters en ze vulden een land met hoog-ontwikkelde land- en handwerkactiviteiten met een grote religieuze traditie in de hoogmiddeleeuwen met de nederlandse mystiek en de Devotio Moderna.

Het land werd diep getekend door een intensief doorgevoerde contrareformatie. In de 19 eeuw was het ultramontanisme in België zegenrijk, en dat bleef zo tot diep in de 20 ste eeuw.

Ook na de tweede wereldoorlog was het Katholicisme in België zeer levendig: Belgische (voor het grootste deel zeer modernistische) prelaten hadden een grote invloed in de voorbereiding van het tweede Vaticaanse concilie, en de belgische primaat Léon-Jozef kardinaal Suenens, werd een van de vier moderatoren benoemd en de 'squadra belga' speelde een dominante rol bij de besprekingen.

Bij aanvang van de jaren 60 beleefde België heel turbulente tijden.

De nederlandssprekende Vlamingen in het Noorden van België, die de meerderheid van de bevolking zijn, protesteerden toenemend en heel nadrukkelijk tegen de 130 jaren onderdrukking van hun taal en volkscultuur. Wallonië leed onder de zware crisis van de mijnbouw- en zware industrie. De in 1960 hals over kop doorgevoerde onafhankelijkheid van Belgisch-Congo schudde de paternalistische ingestelde Belgische staat door elkaar. In Vlaanderen zorgde een economisch herstel met veel diensten en middelgrote bedrijven voor een nieuw zelfbewustzijn.

In Leuven, dat in het Nederlandstalig deel ligt, kwamen al die problemen samen als onder een vergrootglas:

De oude universiteit (gesticht in 1425), de grootste Katholieke universiteit van de wereld, die onder het beheer is van de belgische bisschoppen, heeft pas 1938 de eerste nederlandstalige cursussen ingevoerd. De ruzies tussen Vlaamse en Waalse studenten waren legendarisch. Steeds weer rees er discussie over nederlandstalige patiënten die communicatieproblemen hadden met franstalige artsen in het St Pietersziekenhuis in Leuven. De toename van het aantal studenten maakte een uitbreiding van de universiteit nodig, waarbij de walen die hele vergroting tussen Brussel en Leuven in Vlaams territorium wilden laten plaatsvinden. Zo wilde met een grote franstalig gedomineerd gebied tussen Groot-Brussel, Leuven en Wavre opbouwen. Dat werd door zo wat alle Vlamingen onmogelijk gehouden. Erg ongevoelige uitspraken over kinderdagverblijven en scholen voor franstalig personeel van de universiteit, vergiftigden de stemming nog meer.

Op 13 mei 1966, een vrijdag namiddag, kondigden de belgische bisschoppen een beroemd/berucht mandement (een herderlijk schrijven voor de gelovigen dat hiërarchische gehoorzaamheid vraagt) af:

Wij verordenen, dat de Universiteit een moet blijven, in Leuven zelf, en dat elk die tot de universiteit behoort, ons niet tegenspreekt.

Een duidelijke uitspraak, onmisverstaanbaar, en die met precies dezelfde woorden, 25 jaren eerder tijdens de tweede wereldoorlog werden uitgesproken door de duitse bezetter.

Deze melding werd meteen door de televisie en de radio verspreid. De kranten brachten er pas de volgende maandag een verslag over. Alleen de journalisten waren bewust van het politieke dynamiet dat het meebracht.

Het hele katholieke Vlaanderen werd voor de kop gestoten. Enerzijds vanwege de inhoud, waar de bisschoppen hun kerkelijk hiërarchische stelling inzetten om een taalpolitiek probleem op te lossen, anderzijds waarschijnlijk nog meer het woordgebruik en de stijl van het mandement: 'autoritair', 'arrogant', 'hoogmoedig', waren nog de braafste adjectieven die in de literatuur werden gebruikt. Geen jaar na het einde van het Tweede Vaticaanse Concilie dat de mond vol had over 'Dialoog', 'Liefde', 'Openheid', 'Respect', hanteerden de belgische bisschoppen de ouderwetse knuppel met een bevelende toon.

Het mandement werd in de meeste Kerken op zondag voorgelezen. Onvergetelijk was het voor mij, als jonge student, die net na het voorlezen van dit mandement het dreunende geluid van voetstampen op de kerkbanken hoorde dat klonk van het balkon van het grote mannenkoor.

De pers discuteerde direct. De franstalige kranten ware zege-dronken, de politieke partijen reageerden voor een deel verward, voor een deel partijdig. Kardinaal Suenens en de andere bisschoppen wachtten stilzwijgend af.

Op de daaropvolgende zondag, 22 mei 1966, moest in de aarbisschoppelijke hoofdstad Mechelen de 50ste verjaardag van het beroemde St Romboutskathedraalkoor gevierd worden (zeer bekend, zeker in het Vaticaan en Italië, door zijn nieuwe uitvoeringen van polyfone muziek onder leiding van Mgr J Van Nuffel). In de hoogmis, in de fris ingevoerde nieuwe liturgie, klonken onverwacht vlaamse hymnen en liederen. De mis werd abrupt beëindigd, in tumult. Kardinaal Suenens verdween bliksemsnel in de sacristie en werd onder politiebegeleiding ontzet. Ondertussen werd de Rijkswacht uit Antwerpen aangevoerd: op de grote markt, onder de kathedraaltoren, en aan het station kwam het tot straatrellen met inzet van het waterkanon. De roep 'Suenens buiten!' werd de volgende jaren vaak gehoord.

In Leuven waren er burgeroorlog-achtige toestanden. De bisschoppen publiceerden een wereldvreemde pinksterbrief, beëindigde abrupt het zomersemester aan de universiteit van Leuven en verschoven de examens. De regering viel een tijdje later (in 1968 zou de belgische regering dan opnieuw vallen over Leuven - het enige westeuropese land waar de studentenonrust dat kon bewerken).

De politiek in België werd de volgende 40 jaren beheerst door het conflict tussen Vlamingen en franstalingen. In 1970 werd de Universiteit van Leuven gesplitst, waarbij het nederlandstalige deel in Leuven bleef, en het frantalige deel in Louvain-La-Neuve in waals-Brabant.

De Kerk in Vlaanderen werd gedynamiteerd: In de weken na het mandement liep de kerkgang met een derde terug (vooral mannen), in het volgende decennium met drie vierde. De bisschoppelijke seminaries liepen totaal leeg. De vlaamsnationalisten, historisch een sterke fractie in het kerkvolk, en cultureel wetenschappelijk en sociaal erg actief, keerden zich van de Kerk af. In 1968 werd het St Romboutskathedraalkoor ontbonden.

De christendemocratische CVP deelde zich in 1968 in twee partijen op. In de daaropvolgende 40 jaren volgde het nederlandstalige deel een continuerende neergang, splitste in drie fracties en schrompelde tot een vierde van haar vroegere omvang (zo groot als de liberalen en de notoir zwakke socialisten).

De hervormingen van de liturgie na Vaticanum II, de (gewild door Suenens) ostentatieve voorlezing van Humanae Vitae, de totaal bizarre en ongelukkige liturgische en pastorale activiteiten deden de restkerk in Vlaanderen helemaal schipbreuk lopen. Suenens werd in zijn bisdom onzichtbaar.

Het totale verlies aan kwaliteit, aan katholieke traditie, aan theologische kennis en aan verbondenheid met het eigen volk, leiden dan naar de bekende catastrofale situatie:

Priesters werden sociale arbeiders met een klerikale vernis. Openheid en liefde voor alles en iedereen werden een sleutelwoord in de pedo- en homosexuele misstanden in het kerkelijke milieu - en wat minder onderkent wordt, bij de eenvoudige katholieke kinderen en gehandicapten. Zowat alle priesterseminaries sloten, het milieu catholique verdampte, de Universiteit Leuven stelde haar katholieke identiteit zelf in vraag, het niveau van de clerus is enorm verlaagd; de bisdomsdiensten zijn spijtig genoeg met dat soort mensen bestaft. De namen van Suenens, Danneels, van Gheluwe, Bonny en DeKesel zijn intussen jammer genoeg wereldbekend.

Vlaanderen is praktisch totaal agnostisch geworden.

Voor de franstalingen was de splitsing van de universiteit Leuven uiteindelijk een zegen (zo zegde het ook aartsbisschop  Mgr Leonard): Hoewel zeker verwond door de roep 'Walen buiten', beleefden de frantalige Katholieken een herbezinning op de Heilige Schrift, de Kerkvaders en de grote kerkelijke schrijvers, door inspiratie en aanleuning aan Frankrijk en door monastieke spiritualiteit, naar een vernieuwde beleving. Van de modernistische dwaalwegen en de schanddaden van de welnesskerk in Vlaanderen bleef ze gelukkig grotendeels verschoond.

Illustratief is dat de tekst van dat mandement in haar originele versie nauwelijks te vinden is. Duidelijk worden meerdere variaties geproduceerd of na-verbeterd. Onzeker is ook de auteur - eerst werd Suenens, maar enkele dagen later Mgr Descamps, rector van de Universiteit, naar voor geschoven (als zondenbok).
Even veelbetekenend is het dat de 50ste verjaardag van dit mandement met haar zo zwaarwichtige gevolgen voor de Kerk in Vlaanderen, op de bisschoppelijke en kerkelijke websites niet terug te vinden is. Over Suenens wordt ijzig gezwegen, en ook Danneels zelf zal niet veel meer zeggen ('op aanbeveling van mijn advocaat').

'... de nederlaag is een wees ...'









zondag 23 oktober 2016

https://www.facebook.com/yousif.qutta/videos/1336965099669868/

Dialoogschool = Dialoog met God: Pastorale brief van Mgr Egan van Portsmouth over de Katholieke Scholen

Onderstaand is een werkvertaling van de pastorale brief van Mgr Philip Egan van Portsmouth in het Verenigd Koninkrijk.
Mgr Philip Egan zal een van de sprekers zijn op het Symposium Sacra 700 voor de herdenking van de 700ste verjaardag van het Eucharistisch mirakel van Viversel, op 23 juli 2017 in Hasselt.



Pastorale Brief van de bisschop
om voor te lezen in alle kerken en kapellen van het bisdom van Portsmouth op 2 oktober 2016, de 27ste zondag van het jaar.

DE TOEKOMST VAN ONZE KATHOLIEKE SCHOLEN

Beste families en vrienden,

De voorbije 18 maanden heb ik iedere katholieke school van het bisdom bezocht. We hebben 76 scholen, waaronder 23 onafhankelijke, 3 oecumenische scholen en 7 secundaire scholen. Elke school heeft haar eigen persoonlijkheid en hoewel er altijd plaats is voor verbetering wil ik u zeggen: onze scholen zijn fantastisch! Ik was diep onder de indruk van de inspirerende directeurs en leraren die we hebben, de warmte en de vreugde van onze kinderen, de hulp en het engagement van de ouders, het harde werk dat wordt gedaan door de bestuurders en de loyale toewijding van al het ondersteunend personeel. Dus laat ons God danken voor onze scholen en bidden voor allen die ervoor verantwoordelijk zijn.

Scholen en parochies zijn de twee belangrijkste kernen in de missie van de Kerk. Op dit ogenblik is het Katholiek onderwijs in ons bisdom een grote verandering aan het doormaken. We zijn begonnen met de complexe, uitdagende taak om onze staatsgesubsidieerde scholen om te vormen en te groeperen in 4 Multi-academy stichtingen. Ze zullen onder de bescherming staan van 4 eigentijdse missionaire heiligen: St Edith Stein, St Moeder Teresa van Calcutta, de Zalige John Henry Newman en de zalige Piergiorgio Frassati. De nieuwe onderwijs-ondersteunende kantoren bij de Kathedraal zullen ingewijd worden op de 1ste november. Dit academy process geeft ons de unieke gelegenheid om het Katholiek onderwijs te herscheppen ten bate van de ouders en de leerlingen. We hopen ook de diensten te reorganiseren, de sollicitaties te verbeteren en de constante vorming van leraars en leiders, en de godsdienstles te verbeteren. Laat ons Gods zegen vragen over al de mensen die erbij betrokken zijn en hun geduldige inspanningen.

Onze scholen dienen drie verschillende groepen: praktiserende Katholieken (met de bedoeling dat ze nog meer betrokken leerlingen worden), nog-niet-praktiserende Katholieken (dat ze een diepere liefde voor Jezus mogen ontwikkelen in het Eucharistisch leven van de Kerk) en die kinderen van de wijdere gemeenschap die Katholiek onderwijs zoeken (dat hun het Evangelie van de verlossing mag verkondigd worden). In het licht van de nieuwe evangelisatie, heb ik de staf van al onze scholen gevraagd om missionaire strategieën te ontwikkelen voor elke groep, om hen dichter bij Christus te brengen.

Ik wil nu wat autoritatieve leer willen geven over de Katholieke opvoeding en hoe we die moeten verstaan, niet enkel in het licht van de moderne noden, maar van de 2000 jaar oude traditie van de Kerk om scholen en universiteiten te hebben.

Op de eerste plaats zijn de eerste opvoeders van de kinderen de ouders; scholen bestaan enkel om hen te helpen. Het is mijn diepe hoop dat van nu af aan we onzen scholen zullen zijn als 'Catholic Formation Communities' die niet enkel de kinderen dienen, maar ook de ouders, de beheerders, de leraars en de staf. Katholieke scholen bieden een uniek onderwijs en dat doen ze in een nauwe verbondenheid met hun parochies. Het leven en de energie van een Katholieke school zijn gefocust op de waarheid, goedheid en schoonheid van God zoals geopenbaard in Jezus Christus, gekruisigd en verrezen. Met andere woorden, Katholieke scholen bestaan om Jezus Christus beter te laten kennen en lief te hebben, en om leerlingen van Christus te vormen in het Lichaam van de Kerk. Want wij geloven dat Hij de enige Weg is naar een authentieke humane ontplooiing, zowel hier op aarde als voor eeuwig in de hemel.

In een Katholieke school - of ze nu onafhankelijk is, op vrijwillige basis, vrij of academisch - zou alles gedaan moeten worden om een authentieke Christelijke ethos te scheppen. Het gehele curriculum zou gecentreerd moeten worden op Christus zodat alles wat aangeleerd wordt en onderwezen, en in alle onderwerpen, vooral in de wetenschappen en alfawetenschappen, verwezen en eengemaakt worden met Hem. De school zou een volledig participatieve gemeenschap moeten worden, die gebaseerd is op de zelfgevende liefde tussen de personen van de Heilige Drievuldigheid. Iedereen zou behandeld moeten worden met waardigheid, respect, rechtvaardigheid en liefde. De school zou een centrum van gebed moeten worden, idealiter met een kapel en een kapelaan, zodat iedereen gemakkelijke een persoonlijke relatie kan vormen met God, gericht op de liefde van Jezus in de Schrift en de Heilige Eucharistie. Met de drukte van schooldagen, is het gemakkelijk te vergeten dat het gebed cruciaal is voor de Catholic Fomation Communities. Maar er zijn kleine manieren waardoor we ervoor kunnen zorgen dat het niet vergeten wordt. Staf en beheerders-vergaderingen zouden altijd moeten beginnen met gebed en vorming. En om hen te helpen om een persoonlijke relatie met Jezus te vormen zou ik willen dat alle jongeren vanaf Jaar 5 en hoger op regelmatige tijden Eucharistische Aanbidding zouden hebben, contemplatief gebed en lectio divina.

Als Catholic Formation Communities kunnen de scholen al hun leden helpen om hun door God-gegeven roeping en hun charisma ontdekken, om hen te helpen groeien in deugd en in heiligheid. Ze zouden personen moeten vormen die gemodelleerd zijn op Jezus Christus met een bezorgdheid voor sociale gerechtigheid en 'integrale ecologie', dienaars van de armen, de noodlijdenden en de gemarginaliseerden. Ze zouden onze kinderen moeten in staat stellen om intentionele leerlingen van Christus te worden zodat ze als goede burgers, met vertrouwen de eigentijdse cultuur kunnen evangeliseren, en het Koninkrijk van God opbouwen.

Ik weet heel goed dat op sommige plaatsen in ons bisdom er een tekort is aan Katholieke scholen en schoolplaatsen. De intentie van de regering om de 50% kaap te schrappen zal een grote hulp voor ons zijn. Maar terwijl we een oplossing zoeken op de lange termijn, wil ik u ondertussen vragen om 'outside the box' te denken, en dus creatieve manieren te vinden om uit te reiken naar alle Katholieke kinderen in niet-Katholieke scholen. We kunnen hen niet verwaarlozen: ze hebben Christus nodig! We kunnen niet onze armen vouwen en wachten op een katholieke school! Dus wat kunnen we doen om hen nu te helpen? Hoe kunnen we hen ondersteunen, vormen, catechese geven?

Ik weet anderzijds ook heel goed dat we een tekort hebben aan Katholieke directeurs en Katholieke leraars en dat we voor hen een permanente katholieke vorming moeten opzetten. Opnieuw, we kunnen niet simpelweg de schouders ophalen! Wat gaan we eraan doen? We moeten innovatief zijn, nieuwe wegen vinden om goede mensen aan te trekken, de jongeren aanmoedigen om leraars te worden, en de vele Katholieke leraars aantrekken die nu niet in de katholieke sector werken. En bovenal moeten we bidden voor leraars. St Paulus zag lesgeven als een Goddelijke roeping, iets dat we zien in de inspirerende leraars van vandaag. Dus vandaag na de Mis, of de volgende keer als je het Heilig Sacrament bezoekt, denk er dan aan om te bidden voor meer roepingen.

Nog een laatste punt. Heb jij een school in je parochie of in je pastorale regio? Als dat zo is, ondersteun ze dan! Net zoals onze priesters steeds klaar zouden moeten staan om te fungeren als kapelaans en in hun besturen te zitten, zo moeten ook katholieke leken klaar staan om te fungeren in het beheer of te helpen. Basisscholen moeten hun banden met de parochies aanhalen; secundaire scholen kunnen hun banden aanhalen met de wijdere parochieregio's en bijvoorbeeld student-ambassadeurs benoemen.

Laat ons eindigen met de Psalm van vandaag "O dat gij vandaag moogt luisteren naar Zijn stem: verhard toch niet uw harten". Meer nog, laat ons in gebed verenigen dat de apostelen zeiden tot de Heer in het Evangelie: 'Vergroot ons geloof'. We doen dat gebed speciaal voor onze scholen, en we plaatsen door de handen van Maria onbevlekt ontvangen al onze directeurs en secretarissen, al onze leraren en staf, al onze ouders en bestuurders, en natuurlijk al onze kinderen, in Corde Iesu.

Dank om te luisteren!

+ Philip
Bisschop van Portsmouth.