zaterdag 6 januari 2018

Missie Manifest - Manifest voor de comeback van de Katholieke Kerk

Zoals pater Karl Wallner aankondigde tijdens zijn lezing in Hasselt over 'Europa heeft een nieuwe missionaire lente nodig', heeft hij met anderen een Missie-Manifest uitgebracht.

Deze week was er een boekvoorstelling van het missiemanifest 'Mehr'. Een manifest voor een missionaire kerk, geschreven door Johannes Hartl, Bernhard Meuser en pater Karl Wallner OCist.



Pater Karl Wallner OCist, op het symposium 'van aanbidding tot evangelisatie', bij gelegenheid van 700 jaar Sacrament van Mirakel in Hasselt op 23 juli 2017. Hij sprak toen over 'Europa heeft een missionaire lente nodig'.
 

Als samenvatting zijn er 10 stellingen:

1. We worden bewogen door een verlangen dat mensen zich tot Jezus Christus zouden bekeren. Het is niet voldoende om sociologisch Katholiek te zijn. De Kerk moet weer willen om mensen door een diep overwogen stap zelf te doen kiezen hun leven tot volgeling van Jezus Christus te maken. Ze is niet zo zeer een instituut of een cultuurvorm, maar een gemeenschap met Jezus in het midden. Wie Jezus Christus als zijn persoonlijke Heer navolgt, zal anderen tot volgeling van Jezus maken.

2. Wij willen dat missie prioriteit nummer één wordt voor de Kerk. Belangrijker dan zich te concentreren op de financiële of personele problemen van de Kerk. 'De Kerk is in haar wezen missionair'. De laatste opdracht van Jezus aan zijn leerlingen was: 'Gij uit, en maak alle mensen tot mijn volgelingen' (Mattheüs 28,19). Een Kerk die niet vreugdevol en overtuigd haar missie uitdraagt, geeft geen missie. Ze staat voor niets. En ze verschrompelt, stopt te groeien. Voor ons land betekent dat 'The Churh will send or the Church will end.'

3. We geloven dat de kansen voor de Kerk nooit zo groot zijn geweest dan nu. Het gebrek aan persoonlijke en gezamenlijke hoop in de wereld wordt met de dag groter. Velen zijn op zoek en stellen zich tevreden met kleine antwoorden. Terwijl de grootste hoop zo in de wereld te vinden is. Het Evangelie is niets van haar aantrekkingskracht verloren. Wij Christenen zijn ertoe geroepen om die hoop te delen, in plaats van ze voor ons te houden. Waar dat gebeurt, wordt het voor mensen van onze tijd aanlokkelijk om Christen te worden. Wereldwijd worden 200 miljoen Christenen vervolgd, omdat ze Jezus -hun enige hoop- niet konden afzweren.

4. We moeten alle mensen in ons land aanspreken en geen onderscheid maken (zoals Jezus ook geen onderscheid maakte). We gaan naar Christenen, niet-Christenen, andersgelovigen en mensen die niet meer geloven. Er zijn geen mensen voor wie Jezus niet gestorven is, en die Jezus niet zouden moeten leren kennen. God is 'de liefde' (1 Johannes 4,16) en wil 'dat alle mensen gered worden en verlangen de Waarheid te kennen' (1 Tim 2,4). Dat willen wij ook.

5. We geloven dat onze missie zo krachtig wordt als ons gebed. Een nieuwe missionaire start vraagt ook om een nieuwe start in vasten en gebed. God die alle mensen hartstochtelijk liefheeft, heeft steeds gehandeld, en zal ook nu handelen, als we Hem persoonlijk en totaal aanroepen. Er zullen wonderen geschieden. God zal met de mensen de weg gaan - zij het in dromen of in innerlijke overwegingen. 'Laat ons geen schrik hebben, laten we God zelfs om de moeilijkste dingen bidden (zoals de bekering voor grote zonden of voor ganse volkeren)' (Charles de Foucauld)

6. We danken alle christenen buiten de Katholieke Kerk, die vandaag met overgave missioneren, dopen en mensen tot Christus brengen. Wij christenen in de Katholieke Kerk zien hun trouw aan de Heilige Schrift en hun nauwgezette navolging van Christus. We hebben waardering voor de positieve impulsen van de reformatie. We willen nederig leren - ook zeker van de evangelische kerken - en met al onze zusterkerken in de oecumene meewerken, om zelf meer missionair te worden. We weten dat de wereld alleen Christus kan vinden, als wij de eenheid hervinden en ze nu reeds in gebed en missie samen beleven (vgl Johannes 17,21).

7. We moeten de inhoud van het geloof opnieuw ontdekken en ze duidelijk en moedig verkondigen, 'te pas of te onpas' (2 Tim 4,2). We hebben het geloof door de openbaring van God ontvangen, we vinden ze gevat in het oerdocument van de Heilige Schrift en levendig overgeleverd en verstaan door de Kerk, die het in de catechismus uitlegt. De geheimenissen van het geloof moeten volledig, in hun context, en met rationale duidelijkheid en in de vreugde van de Verrezene verkondigd worden. Jullie moeten het licht zijn. Maak geen problemen als andere mensen het Geloof willen verkondigen; we moeten op de eerste plaats aan onszelf werken - aan ons leven, aan onze liefde en aan ons weten. De nieuwe missionaire start moet een nieuwe wil om het geloof  te leren kennen hebben, omdat we verleerd hebben wat het is om missionair te zijn.

8. We willen evangeliseren, niet indoctrineren. De missie om Jezus te verkondigen, heeft steeds het karakter van een uitnodiging. Missie is het verlangen, om de eigen vreugde met anderen te delen; een vrij respectvol aanbod aan vrije mensen. Missie betekent mensen de voeten willen wassen, niet het hoofd. Ze overreedt niet, oefent geen druk uit en is met dwang of geweld onverenigbaar. Christenen zijn niet alleen tolerant tegenover andersdenkenden - ze engageren zich ook actief voor de geloofsvrijheid. De Waarheidsaanspraak van ons Katholieke geloof verbreiden we niet met agressie. We kunnen onmogelijk zwijgen van de hoop die in ons leeft. (1 Petrus 3,15)

9. We hebben een 'democratisering' nodig van de missie. Nergens staat dat de missie, die Jezus ons gegeven heeft, moet bestaan uit specialisten, professionele verkondigers, theologie, priesters of ordeleden. Missionair te zijn is de opdracht van Christus aan iedere gedoopte. Missie beperkt zich ook niet tot bepaalde ('niet-christelijke') landen, culturen en/of religies. Missie is altijd en overal. Ze is de grote, al te vaak vergeten opdracht van Christenen in alle landen en in alle culturen.

10. We moeten ons zelf tot de vreugde van het Evangelie bekeren, om anderen tot Jezus te kunnen brengen. Waar we ons in ons denken, handelen en voelen aan de algemene humanistische mainstream hebben aangepast, moeten we krachtige inspanningen doen om ons, zoals paus Benedictus XVI het zegt, ons van de wereldlijkheid van de wereld te verlossen'. Alleen als begeesterde 'nieuwe mensen' hebben we een missionair profiel. We moeten er zeker rekening mee houden dat de verwachte nieuwe start voor het geloof niet zonder problemen een succesverhaal zal zijn. Maar een trouwe en vreugdevolle getuigenis van Christus straalt ook uit in lijden en weerstand een schoonheid, die vroeg of laat vruchtbaar zal worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten