Ik ben een simpele katholiek priester. Ik voel me gelukkig
en fier op mijn roeping. Het is nu 20 jaar dat ik als missionaris in Angola
leef.
Ik lees via vele communicatiemiddelen, vooral in uw
krant, de vele berichten over pedofiele priester, op een morbide manier, op
zoek naar allerlei details in het leven van priesters, fouten van het verleden.
Er is er een in een stad in de Verenigde Staten in de
jaren 70, een andere in Australië in de jaren 80, en zo maar door, andere recenter
… Zeker allemaal te veroordelen gevallen!
Er zijn journalistieke voorstellingen die afgewogen en
evenwichtig zijn, andere uitvergroot, vol van vooroordelen, en zelfs van haat.
Ik voel zelf grote smart voor het immense kwaad dat mensen hebben gedaan, die
tekens van de Liefde van God hadden moeten zijn, en een dolk waren in het leven
van onschuldigen. Er zijn geen woorden om die daden te rechtvaardigen. Het
leidt geen twijfel dat de Kerk niet anders kan dan aan de zijde van de zwakken,
van de getroffenen. Daarom zullen maatregelen die men kan nemen voor de
beveiliging en de bescherming van de waardigheid van kinderen steeds een
absolute prioriteit zijn.
Maar het is toch raar dat er geen enkele interesse is en
zo weinig aandacht voor de duizenden priesters die hun leven opofferen en het
geven voor het goed van miljoenen kinderen, voor adolescenten en voor de
minstbedeelden in de vier uithoeken van de wereld.
Ik denk dat uw krant er zich niet voor interesseert:
1) Dat
ik heel wat graatmagere kinderen over wegen met mijnen door de oorlog in het
jaar 2002 heb vervoerd van Cangumbe naar Lwena (Angola), omdat noch de regering
iets kon doen, noch de NGOs er de toelating toe kregen.
2) Dat
ik tientallen kinderen heb moeten begraven die stierven door de
oorlogsvluchten.
3) Dat
we duizenden mensen het leven hebben gered in Mexico door het oprichten van het
enige gezondheidscentrum in een zone van 90 000 km² en het verdelen van
voeding en zaden voor gewassen.
4) Dat
we er onderwijs en scholen verschaffen die de laatste tien jaren aan 110 000
kinderen les hebben verschaft.
5) Het
interesseert u vast ook niet dat we met andere priesters hulp hebben kunnen
bieden aan 15 000 personen in de kampementen van de guerilla, nadat ze hun
wapens hadden ingeleverd, omdat het voedsel van de regering en van de UNO niet
aankwamen.
6) Het
is allicht van geen belang dat een priester van 75 jaar, pastoor Roberto, de
stad Luanda doorkruist en voor de straatkinderen verzorgt, en hen naar een
vluchthuis brengt, waar ze kunnen genezen van de toxische gazoline die ze
inademen omdat ze hun kost verdienen als vlammenwerpers.
7) De
alfabetisering van honderden gevangenen is allicht ook geen nieuws.
8) Dat
andere priesters, zoals pastoor Stephane een opvanghuis oprichtten, waar
jongeren die misbruikt, geslagen, zelfs verkracht werden kunnen opgevangen
worden.
9) Nog
minder dat Pastoor Maiato op 80 jarige leeftijd de huizen van de armen bezoekt,
een voor een, om de zieken te bezoeken en de wanhopigen.
10) Het
is ook geen nieuws dat meer dan 6000 van de 40000 priesters en religieuzen hun
land en hun familie hebben verlaten om hun broeders te dienen in een leproserie,
in ziekenhuizen, in de kampen van vluchtelingen, in de weeshuizen voor kinderen
die van tovenarij worden beschuldigd of de wezen van de ouders met aids, in de
scholen van de armsten, de centra voor beroepsvorming, de opvangcentra voor de
seropositieven, etc.
11) Of
en vooral, die hun leven geven in de parochies en de missies om mensen aan te
sporen om beter te leven en vooral om lief te hebben.
12) Het
is geen nieuws dat mijn vriend, pastoor Marc-Aurèle, om kinderen te redden
tijdens de oorlog in Angola van kalulo naar Dondo heeft gebracht, en dat hij
toen hij terug kwam van die missie, werd neergekogeld op de terugweg; dat
broeder François en vijf catechesedames omkwamen in een ongeval toen ze de
meest achtergestelde streken van het land gingen bezoeken.
13) Dat
tientallen missionarissen in Angola gestorven zijn door een gebrek aan
sanitaire voorzieningen, door malaria.
14) Dat
andere ontploft zijn op een mijn, toen ze hun gelovigen wilden bezoeken; op het
kerkhof van Kalulo zijn er op de zone voor de priester geen te vinden die meer
dan 40 jaar is geworden ……
15) Er
is geen nieuws aan om een ‘normale’ priester te volgen op zijn werkdag, met
zijn moeilijkheden en vreugdes, en zijn leven geeft zonder lawaai tot heil van
de gemeenschap die hij dient.
De waarheid is dat we niet in et nieuws willen staan,
maar enkel het ‘Goede Nieuws’ willen meedelen, dat Nieuws zonder lawaai, dat
begon op de morgen van Pasen. Een boom die valt maakt meer lawaai dan duizende
bomen die groeien.
Men maakt veel meer lawaai rond een priester die valt,
dan om de duizenden die hun leven geven voor de duizenden armen en kleinen.
Dit is geen apologie voor de Kerk en de priesters.
De priester is geen held en ook geen neuroticus. Het is
een gewone mens die men zijn menselijke natuur Jezus probeert te volgen en Hem
te dienen door zijn broeders.
Er zijn miseries, kleinheden en fragiliteiten zoals bij
iedere menselijke persoon; maar er is ook schoonheid en de grandeur zoals in
ieder schepsel … Blijven doorgaan op een obsessionele manier en achtervolgend
op een thema dat zo zwaar en pijnlijk is, en tegelijkertijd het zicht op het
geheel verliezend, zo creert men beledigende karikaturen van het katholieke
priesterschap, waardoor ik me gekwetst voel.
Ik vraag u, mijn vriend journalist, enkel de Waarheid te
zoeken, het Goede en het Schone. Dat zal uw beroep groots maken.
In Christus,
E.P. Martin Lasarte, sdb
“Mijn verleden, Heer, vertrouw ik toe aan uw
Barmhartigheid; mijn heden aan uw Liefde; mijn toekomst aan uw Voorzienigheid.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten